Algemeen geldt
Onder de volgende omstandigheden kan het D-Dome 6 System standaard worden aangebracht. Hoewel het
systeem door het meewegen van veiligheidsfactoren tegen hogere belastingen bestand is, verzoeken wij u
om bij het overschrijden van de aangegeven waarden ter controle contact op te nemen met uw contactper-
soon bij K2 Systems.
Planning met K2 Base
Wij bevelen onze gratis online software K2 Base aan
voor het ontwerp. In vijf stappen plant u het juiste
montagesysteem en ontvangt u een constructieadvies,
onderdelenlijst en het constructie-analyseverslag. Re-
gistreer en begin met plannen:
Vereisten voor het dak
Δ Dit systeem kan zonder vaste verbinding worden
aangebracht op alle gangbare platte daken met een
drukvaste ondergrond en een dakhelling van ≤ 3°.
Δ Vaste verbinding > 3° tot ≤ 10°
· Tot ≤ 5° combinaties met ballast mogelijk
· > 5° tot ≤ 10° alleen zonder ballast
Δ Het dakoppervlak moet schoon en droog zijn. Onef-
fenheden in het dak moeten eventueel worden gecor-
rigeerd of verwijderd.
Δ De wrijvingscoëfficiënt van het dak moet ter plaatse
worden bepaald. Zie video
k2-systems.com/en/friction-coefficient
Static requirements
Δ Het is essentieel om te controleren of de dakcon-
structie voldoende restbelastbaarheid heeft en dat de
drukcapaciteit van de dakisolatie (indien aanwezig)
niet wordt overschreden.
Δ Geschikt voor frames met een framehoogte van
30 - 50 mm
Δ Toegestane moduleafmetingen: lengte
1448 - 2390 mm, breedte Xpress 1060 - 1170 mm en
Classic 950 - 1170 mm
Belangrijke aanwijzingen voor de
montage
Montagesysteem
Δ De exacte montagehoek wijkt iets af van 10° afhan-
kelijk van de modulebreedte. Deze hoek neemt af bij
grotere modulebreedtes.
Δ Er moet een minimale afstand van 600 mm tot de
dakrand worden aangehouden. Voor gebouwen met
een hoogte van minder dan 5 m kan de minimale
afstand worden verkleind.
Δ De compatibiliteit van de dakbedekking en de
Mat S-ondersteuning moet worden gecontroleerd.
Δ Om dit montagesysteem goed te kunnen gebruiken,
moet er een matrix bestaan uit ten minste twee
hoogtes.
Δ De thermische scheiding (afstand tussen modu-
leblokken) in de richting van de basisrail en de module
base.k2-systems.com
rijen moet worden aangehouden volgens de volgende
tabel:
Basisrail
Xpress
16,0 m
Classic
12,3 m
Δ Na uitzonderlijke gebeurtenissen, zoals storm, zware
regenval, aardbevingen, enz. moet het systeem door
een gespecialiseerd bedrijf worden gecontroleerd.
Indien bij de controle plastische vervormingen, b.v.
in het klembereik van de module, of beschadigingen
worden vastgesteld, moeten deze onderdelen door
nieuwe worden vervangen.
Modules en klemmen
Δ Aandraaimoment moduleklemmen: 14 Nm
Δ Neem de aanbevelingen van de modulefabrikant
voor het klembereik en de installatie van de module
in acht (zie de instructies van de modulefabrikant).
Controleer of de goedkeuring van de fabrikant voor de
klemming aan de korte zijde van de module beschik-
baar is. Zie
k2-systems.com/en/approved-modules-dome-6
Algemene informatie
Δ Invloeden van buitenaf die op dit systeem inwer-
ken, komen slechts in beperkte mate tot uiting in
het ontwerp van de ballast. Zo kunnen bijvoorbeeld
oneffenheden, thermische rek, mos, waterophoping
en veroudering van de folie niet in aanmerking wor-
den genomen, hoewel deze factoren onder bepaalde
omstandigheden ook de systeemverplaatsing kunnen
doen neerslaan. Daarom wordt aanbevolen het
systeem regelmatig te onderhouden of na te gaan of
extra mechanische bevestiging noodzakelijk is.
Δ Het is belangrijk om ervoor te zorgen dat de regenwa-
terstroom niet wordt belemmerd.
Δ Vanwege de verschillende oriëntatie van de zonne-
modules moet de aansluiting van de string en de
omvormer goed in acht worden genomen. Het is aan
te bevelen om de omvormers en strings afzonderlijk
aan te sluiten.
Δ De algemene normen en voorschriften voor blik-
sembeveiliging ter plaatse moeten in acht worden
genomen en het is aan te bevelen om in overleg met
een specialist een bliksembeveiligingsconcept op te
stellen (gebruik eventueel een bliksembeveiligings-
klem).
Modulereeks
16,0 m
16,0 m
5