3.
Niet gebruiken in auto's, caravans of campers.
4.
Niet gebruiken in flatgebouwen, kelders, badkamers of slaapkamers.
5.
Niet gebruiken tijdens het slapen.
6.
Plaats geen ontvlambare vloeistoffen naast het toestel.
7.
Stel de gasfles niet bloot aan de volle zon/hitte en plaats deze niet te dicht bij een andere
warmtebron.
8.
Plaats het toestel niet dicht naast gordijnen, meubels, houten panelen of ander brandbaar
materiaal, welke kan vervormen door hitte.
9.
Zorg dat kinderen tijdens gebruik het toestel niet kunnen benaderen.
Verplaats het toestel niet als deze in gebruik is; de veiligheidsschakelaar kan worden
10.
geactiveerd door stoten of beweging
11.
Het toestel moet worden gecontroleerd op lekkage voor gebruik of wanneer de gasfles
opnieuw is aangesloten.
12.
Het is belangrijk dat alle gas aansluitingen correct zijn gemaakt om lekkage te voorkomen.
Gebruik geen open vuur om te testen op lekkage. Bel uw leverancier om assistentie te
vragen.
13.
Gebruik de gasfles alleen maar recht opstaand.
14.
Altijd de gaskraan sluiten als het toestel niet in gebruik is.
15.
Als het toestel voor de eerste maal of na een lange periode wordt ontstoken, doe dit dan
buitenshuis en laat het toestel buiten 15 minuten branden.
16.
De bescherming aan de voorzijde van het toestel is om het risico van brand of letsel in de
vorm brandwonden te voorkomen. Geen enkel deel van de bescherming mag permanent
worden verwijderd. Het geeft geen volledige bescherming voor jonge kinderen of
hulpbehoevenden. Wij raden een haardscherm te plaatsen.
17.
Sluit het toestel alleen maar elektrisch aan als het voltage overeenkomt met wat er op de
typeplaat staat aangegeven.
18.
Om oververhitting en brand te voorkomen, geen handdoeken, gordijnen of soortgelijke
stoffen over het toestel leggen.
19.
Niet aan het snoer van het netsnoer trekken om de spanning van het toestel te halen.
Gebruik hiervoor de steker.
20.
Schakel het toestel uit en neem de netspanning eraf als het toestel niet in gebruik is of als
het toestel gereinigd moet worden.
21.
Als het netsnoer beschadigd is, moet deze vervangen worden. Dit moet worden vervangen
door uw leverancier of een gekwalificeerd persoon, omdat dit anders een gevaar kan
veroorzaken.
22.
Om tegen brand, elektrische schokken en persoonlijk letsel te beschermen, het toestel, het
netsnoer en de stekker niet onderdompelen in water of een andere vloeistof.
23.
Het toestel is alleen voor gebruik binnenshuis.
24.
Raak de steker niet aan met natte handen.
.
7