MONTAGE & BEDRADING
1a
Montagehoogte: zo hoog mogelijk in overeenstemming met de beperkingen in de
technische specificaties.
De afmetingen van het detectieveld zijn afhankelijk van de montagehoogte.
Montagepositie: midden van poort of linker hoek.
Montage aan de rechterkant van de poort moet worden vermeden.
Monteer de sensor goed. De bedrading moet vakkundig worden uitgevoerd om
mechanische schade te voorkomen.
Indien de omgeving dat vereist, kunt u de UNIVERSELE BEVESTIGINGSBEUGEL gebruiken.
Schroef de bevestigingsbeugel aan de wand. U kunt
de sensor ook direct monteren zonder dat u de
bevestigingsbeugel gebruikt.
Indien nodig, schroeft u de hoek-vergrendelschroef
los.
SENSOR
*
*
COM
NO
*
NC
Sluit de draden aan.
* Afhankelijk van de instellingen van de OUTPUT-CONFIGURATIE.
** De output-logica en -functies kunnen indien nodig worden geconfigureerd; zie blz. 16.
Plaats de sensor op de bevestigingsbeugel, en draai
hem, zoals weergegeven, tot hij op zijn plaats klikt.
Sluit de stekker aan, en plaats de kabel door de
kabeldoorvoer zonder dat deze een lus maakt.
DEURCONTROLLER
RD
BK
STROOM
YE
YE
OUT 1**
PK
PK
OUT 2**
GN
WH-GN
RELAIS**
GN-GREY
BU
BU
TEST
H
1
2
B
D
7