6.
Het systeem met koelmiddel vullen
Controleer eerst of het te gebruiken koelmiddel overeenkomt met het koelmiddel op het machinetypeplaatje.
Voorzorgsmaatregelen wanneer R410A wordt toegevoegd
Vul het systeem via de vloeistofleiding met vloeistof.
Omdat het koelmiddel een mengsel is, zal de samenstelling van het koelmiddel veranderen wanneer het koelmiddel in gasvorm
wordt toegevoegd, waardoor het systeem niet normaal zal werken.
1) Controleer, voordat u begint met het bijvullen, of de cilinder een sifon heeft of niet. (Let op een opschrift als "liquid filling
siphon attached" of een vergelijkbaar opschrift.)
Vullen met een cilinder met een sifon
Houd de cilinder rechtop tijdens
het vullen.
In de cilinder is een sifon aanwezig,
waardoor u deze niet ondersteboven
hoeft te houden.
• Gebruik altijd dezelfde gereedschappen bij het verwerken van R410A om te voorkomen dat vreemde substanties in het
systeem terecht kunnen komen.
Belangrijke informatie over het gebruikte koelmiddel
Dit product bevat gefluoreerde broeikasgassen die onder het
Kyoto-protocol vallen. Laat de gassen niet vrij in de atmosfeer.
R410A
Koelmiddeltype:
(1)
1975
GWP
waarde:
(1)
GWP = Global Warming Potential (globaal opwarmingspotentieel)
Schrijf met onuitwisbare inkt,
de hoeveelheid koelmiddel van het product gevuld in de fabriek,
1
de lokaal bijgevulde extra hoeveelheid koelmiddel en
2
de totale hoeveelheid koelmiddel
1 + 2
op het bij het product geleverde label voor de hoeveelheid koelmiddel.
OPMERKING
Volgens de nationale toepassing van de EU-regelgeving over bepaalde gefluoreerde broeikasgassen kan het vereist zijn om de
informatie op het apparaat te voorzien in de officiële nationale taal. Daarvoor wordt bij het apparaat een bijkomend meertalig label
over gefluoreerde broeikasgassen geleverd.
Op de achterzijde van dat label vindt u de kleefinstructies.
7.
Koelmiddelleidingen aanleggen
7-1 Waarschuwingen betreffende het omgaan met de leidingen
1) Bescherm het open eind van de leiding tegen stof en vocht.
2) Alle bochten in de leidingen moeten zo geleidelijk mogelijk zijn.
Gebruik een leidingbuiger.
7-2 Keuze van koper en warmte-isolatiemateriaal
Indien u gebruik maakt van koperleidingen en fittingen uit de handel, dient
u het volgende in acht te nemen:
1) Isolatiemateriaal: Polyethyleen schuim
Warmtegeleiding: 0,041 tot 0,052W/mK (0,035 tot 0,045kcal/mh°C)
Het oppervlak van de koelmiddelgasleidingen kan een maximumtemperatuur van 110°C bereiken.
Kies isolatiemateriaal dat bestand is tegen een dergelijke temperatuur.
2) Let erop dat u zowel de gas- als de vloeistofleiding isoleert en neem de volgende
afmetingen in acht.
Gas-zijde
Buitendiameter
9,5mm
Minimale buigstraal
30mm of meer
Dikte 0,8mm (C1220T-O)
3) Gebruik aparte thermische isolatieleidingen voor de gas- en vloeistofleidingen.
■Nederlands
Thermische isolatie
Vloeistof-zijde
van gasleiding
Buitendiameter
Buitendiameter
6,4mm
12-15mm
Dikte minimaal 10mm
Vullen met andere cilinders
Houd de cilinder ondersteboven
tijdens het vullen.
Het ingevulde label moet in de buurt van de
vulpoort van het product worden aangebracht (bijv.
op de binnenzijde van het deksel van de afsluiter).
6
5
Regen
Thermische isolatie
van vloeistofleiding
Buitendiameter
8-10mm
Isolatie van
gasleiding
1 hoeveelheid koelmiddel van het
product gevuld in de fabriek:
zie naamplaatje van de unit
2 lokaal bijgevulde extra
hoeveelheid koelmiddel
4
3 totale hoeveelheid koelmiddel
1
4 Bevat gefluoreerde
broeikasgassen die onder het
2
Kyoto-protocol vallen
5 buitenunit
3
6 koelmiddelfles en verdeelstuk
voor vullen
Muur
Dek af met
een kap.
Heeft u geen
flenskap, dek de
opening dan af met
een stuk plakband om
water of vuil te weren.
Verbindingskabels
Gasleiding
Vloeistofleiding
Isolatie van
vloeistofleiding
Afwerkingstape
Afvoerslang
7