Inhoudsopgave
Advertenties
3.4 REINIGING VAN DE PELLETGOOT
Reinigingsinterval: dagelijks of voor iedere inbedrijfname
Controleer de pelletgoot op vervuiling, vreemde voorwerpen en afzetting
Verwijder indien nodig korstvorming op de goot met de meegeleverde rei-
nigingsborstel. Reinig het met de borstel goed bereikbare bereik van de
pelletschuif zorgvuldig.
Aanwijzing: Afzettingen en korstvorming op de goot kunnen een gelijk-
matige verdeling van de pellets in de vuurpot verhinderen en daardoor de
verbranding nadelig beïnvloeden.
Reiniging van de pelletgoot
3.5 REINIGING VAN DE ONTSTEKINGSINRICHTING
Reinigingsinterval: dagelijks of voor iedere inbedrijfname
Neem de vuurpot weg met het meegeleverde tilhulpgereedschap. Verwijder
asresten en aanslag van de ontstekingsbuis. Het ontstekingselement moet
vrij in de ontstekingsbuis liggen. Gebruik daarvoor de reinigingsborstel. Let
er bij het plaatsen van de vuurpot op dat deze steeds vlak in de houder ligt.
Aanwijzing: Een verstopte ontstekingsbuis verhindert dat ontstekingslucht
door het pelletontstekingselement kan stromen. Ook de warmteafgifte van
de pellets wordt verhinderd. Daardoor duurt de ontsteking langer of kan het
tot een foutieve ontsteking komen. Bovendien wordt de levensduur van het
ontstekingselement aanzienlijk verkort.
Reiniging ontstekingselement
NL 19
Het ontstekingselement moet vrij
zijn van afzettingen.
NL
Advertenties
Inhoudsopgave
