Inhoudsopgave
Advertenties
Beschrijving van het apparaat
NL
4.3.3 Automatische aankookfunctie
Beide kookzones zijn uitgerust met een bijschakelbare
automatische aankookfunctie.
wordt weergegeven.
Q
Q
A
Met deze functie werkt de kookzone waarvoor deze
functie is ingeschakeld, voor een bepaalde duur op volle
kracht. Daarna wordt automatisch weer naar het vooraf
ingestelde vermogensniveau overgeschakeld.
Vermogensniveau
1
2
3
4
5
6
7
8
Tab. 4.3
Overzicht van de automatische aankookfunctie
4.3.4 Warmhoudstanden
Dankzij de warmhoudstand kunnen bereide spijzen warm
worden gehouden.
Op het display van de bedieningsknop verschijnt
Q
Q
De warmhoudfunctie kan maximaal 8 uur geactiveerd
Q
Q
blijven.
Er zijn drie verschillende warmhoudstanden:
Warmhoudstand
Symbool
1
,
2
;
3
#
*
Tab. 4.4
Warmhoudstanden
4.3.5 Brugfunctie
Beide kookzones kunnen worden ‚geschakeld' zodat ze
beide op hetzelfde vermogensniveau werken.
wordt weergegeven.
Q
Q
%
De brugfunctie is bedoeld om spijzen in een braadslee te
bereiden.
4.3.6 Geschikt kookgerei
INFO Opwarm- en doorverhittingstijden van de bodem
van het kookgerei, alsook kookresultaten, worden
in doorslaggevende mate beïnvloed door de
opbouw en de toestand van het kookgerei.
Kookgerei met deze aanduiding is geschikt
voor inductiekookvelden. Het voor het
inductiekookoppervlak gebruikte kookgerei moet
van metaal zijn, magnetische eigenschappen
hebben en een toereikend bodemoppervlak
bezitten.
14
Opwarmduur in min.:sec.
00:40
01:00
02:00
03:00
04:20
07:00
02:00
03:00
Temperatuur
42 °C
74 °C
94 °C
Geschikt kookgerei bestaat uit:
roestvrij staal met magnetiseerbare bodem
Q
Q
geëmailleerd staal
Q
Q
gietijzer
Q
Q
Kookzone
vooraan achteraan
Tab. 4.5
Minimale diameter van het kookgerei
Voer eventueel een magneettest door. Indien een
X
X
magneet aan de bodem van het kookgerei kleeft, is het
gerei in de regel geschikt voor inductie.
Let op de bodem van het kookgerei. De bodem van
X
X
het kookgerei mag geen kromming vertonen. Door
de kromming kan, op grond van een verkeerde
temperatuurbewaking van de kookplaat, het kookgerei
oververhit raken. De bodem van het kookgerei
mag geen scherpe richels en geen scherpe rand
vertonen, anders bestaat het risico op krassen op het
kookveldoppervlak.
Plaats het kookgerei direct (zonder onderzetter of
X
X
dergelijke) op de glaskeramiek.
Geluiden
Bij het gebruik van inductiekookzones kunnen in het
.
kookgerei, naargelang het materiaal en de verwerking van
v
de bodem, de volgende geluiden optreden:
Bij een hoog vermogensniveau kan gebrom optreden.
Q
Q
Dit wordt zwakker of verdwijnt wanneer het
vermogensniveau verlaagd wordt.
Knetteren en fluiten kan eveneens optreden wanneer
Q
Q
de bodem van de kookpot uit verschillende materialen
bestaat (bijv. sandwichbodems).
Klikken kan optreden bij elektronische
Q
Q
schakelprocessen, in het bijzonder bij lage
vermogensniveaus.
Zoemen kan optreden wanneer de koelventilator
Q
Q
is ingeschakeld. Ter verlenging van de levensduur
van de elektronica is het kookveld uitgerust met
een koelventilator. Als het kookveld intensief wordt
gebruikt, wordt de koelventilator automatisch
ingeschakeld. U hoort dan een zoemgeluid. De
koelventilator kan na het uitschakelen van het toestel
verder draaien.
4.3.7 Panherkenning
De kookzone werkt niet:
v
...
wordt weergegeven.
Q
Q
... wanneer ze zonder kookgerei of met ongeschikt
Q
Q
kookgerei wordt ingeschakeld;
... indien de bodemdiameter van het kookgerei te klein is;
Q
Q
... wanneer het kookgerei van een ingeschakelde
Q
Q
kookzone wordt verwijderd;
... als na 10 minuten geen kookpot of pan werd herkend.
Q
Q
De kookzone schakelt dan automatisch uit en kan
pas opnieuw worden ingeschakeld wanneer u de
bedieningsknop weer naar de nulstand hebt gedraaid.
Minimale diameter
120 mm
120 mm
www.bora.com
Advertenties
Inhoudsopgave
