≈ Opnamen met lange sluitertijd maken
U kunt de sluitertijd instellen tussen 1 en 15 seconden en opnamen met
een lange sluitertijd maken. U moet echter wel de camera op een statief
bevestigen zodat de camera niet kan bewegen, waardoor het beeld
onscherp kan worden.
•
De helderheid van het beeld kan afwijken van de helderheid van
het scherm bij stap 3 toen de sluiterknop half werd ingedrukt.
•
Als u een sluitertijd van 1,3 seconden of meer gebruikt, worden de
beelden bewerkt om ruis te verwijderen na het maken van de opname.
Hiervoor is enige bewerkingstijd nodig, zodat u mogelijk even moet
wachten voordat u de volgende opname kunt maken.
•
U wordt aangeraden [IS modus] in te stellen op [Uit] als u opnamen
maakt met een statief
Als de flitser afgaat, kan het beeld overbelicht raken. Als dit gebeurt,
stelt u de flitser in op ! en maakt u de opname.
84
Selecteer ≈.
●
Stel het programmakeuzewiel in op
K en druk op de knop m.
Druk op de knoppen op om U te
●
selecteren.
Druk op de knoppen qr om ≈ te
●
selecteren en druk vervolgens op
de knop m.
Selecteer de sluitertijd.
Nadat u op de knop o hebt gedrukt,
●
drukt u op de knoppen qr om de
sluitersnelheid te selecteren en drukt
u vervolgens op de knop m.
Bevestig de belichting.
●
Als u de sluiterknop half indrukt, verschijnt
de belichting voor de gekozen sluitertijd.
(p.
111).