Bedieningshandleiding
6
De doseersystemen aansluiten
LET OP:
Klemmenfuncties wijken nu af van het voorlopermodel!!!
6.1
Relaiscontact AAN/UIT (impulslengteregelaar proportioneel)
Motordoseerpompen, bijv. dinodos doseerpompen, die hun bedrijfsspanning halen uit
de Poolcontrol PROFI ASR, moeten als volgt worden aangesloten:
Chloor
PE
N
L1
LET OP:
Er worden geen bruggen gemaakt!
WEES VOORZICHTIG:
voedingsspanning uitschakelen.
WEES VOORZICHTIG:
spanning uitzetten.
In de „basisinstelling – regeluitgangen" moet u voor chloor en pH elk „
6.2
Impulsfrequentieregelaar (proportioneel) bijv. dinodos doseerpompen
OPMERKING:
van doseerpompen.
Frequentiegeregelde pompen worden verbonden met de overdrachtskabel voor de
stuurimpulsen (niet de werkspanning) en worden als volgt aangesloten:
Chloor
In de „basisinstelling – regeluitgangen" moet u voor chloor en pH elk
LET OP:
Bij de af fabriek op een wandmontageplaat voorgemonteerde
complete installatie zijn de contactdozen voor de doseersystemen
reeds bekabeld. Instelling als impulslengteregelaar
proportioneel.
2
pH
verlagen
32
31
Voordat u het apparaat openmaakt, moet u eerst de
Voordat u de voedingsspanning aansluit, moet u de
regelaar
Deze aansturing wordt algemeen aanbevolen voor het aansturen
5
pH
6
verlagen
Frequentieregelaar
„
www.dinotec.de
Poolcontrol PROFI ASR
PE
3
pH
verhogen
N
34
L1
33
" instellen.
7
pH
8
verhogen
" instellen.
1106
PE
4
N
36
L1
35
Puls-pauze-
9
19