4.
Instellingen van focus, helderheid
(belichting) en kleurtoon
Automatisch instellen van het brandpunt
Door de Focusmodus of de Auto Focusmodus voor het onderwerp of de opnamesituatie optimaal in
te stellen, kunt u de camera verschillende scènes automatisch scherp laten stellen.
1
Zet de [Focusfunctie] op [AFS], [AFF] of [AFC].
• De Focusmodus zal ingesteld worden.
2
Druk op 2 (
3
Druk op 2/1 om de AF-modus te selecteren
en druk vervolgens op [MENU/SET].
• De Auto Focusmodus zal ingesteld worden.
4
Druk de sluiterknop tot halverwege in.
• Auto Focus zal geactiveerd worden.
Focus
Aanduiding voor de
scherpstelling A
AF-zone B
Geluid
• De brandpuntaanduiding wordt als [
scherpstellen kan langer duren dan normaal.
• Als de camera na de weergave van [
Starlight AF geactiveerd worden. Als het brandpunt verkregen wordt, zullen de
brandpuntaanduiding [
(De detectie met Starlight AF werkt alleen voor ongeveer 1/3 van de middelste zone van
het scherm).
).
Wanneer er
scherpgesteld is op het
Biept 2 keer
LOW
LOW
] en de scherp gestelde AF-zones weergegeven worden
STAR
98
(P100)
(P102)
object
Aan
Groen
] in een donkere omgeving weergegeven en het
] sterren in de nachtlucht detecteert, zal
3.5
3.5
3.5
60 60 60
Wanneer er niet
scherpgesteld is op het
object
Knippert
—
—