1. De temperatuur in de vrieskast is niet
laag genoeg.
Verhinderen de ingeladen levensmiddelen de
x
deur goed te sluiten?
Staat de vrieskast niet te dicht bij een
x
warmtebron?
Zijn de condensator en het luchtrooster wel
x
schoon?
Is de rijplaag aan de wanden niet te dik
x
geworden?
Is de kamertemperatuur niet te laag (onder
x
o
+10
C) ? In dit geval kan het nuttig zijn de
knop van de thermostaat op stand 6 te
zetten, zodat de compressor over langere
perioden werkt en zo de geschikte
temperatuur voor het bewaren van voedsel
teweegbrengt.
Als ook na deze controles de temperatuur te
hoog blijft, gelieve zich in verbinding te stellen
met onze Technische Dienst en de deur van de
vrieskast dicht te houden.
2. De compressor werkt onafgebroken.
Staat de knop van de thermostaat misschien
x
op stand 6?
Is de kamertemperatuur niet te hoog (boven
x
o
+32
C)?
Is de deur niet te vaak geopend?
x
Voordat u de Service Dienst te hulp roept:
1. Probeer of u aan de hand van het hoofdstuk
"Storing opsporen" het euvel misschien zelf
kan verhelpen.
2. Zet het toestel nogmaals aan om te
controleren dat de storing is opgelost.
Als u de storing niet zelf heeft kunnen verhelpen,
gelieve contact op te nemen met onze
Technische Dienst. Omschrijf de storing en geef
het modelnummer en servicenummer van het
toestel op, tezamen met uw adres en
telefoonnummer.
STORING OPSPOREN
3. De vrieskast werkt niet.
Is er geen stroomonderbreking?
x
Zit de stekker wel goed in het stopcontact?
x
Is er geen stop bij de stroommeter
x
doorgeslagen?
Is de voedingskabel niet beschadigd?
x
4. De vrieskast maakt te veel lawaai.
Staat de vrieskast misschien tegen andere
x
apparaten of meubels?
Trillen de buizen aan de achterkant of raken
x
zij elkaar?
N.B.: Het is gewoon dat het koelingssysteem van
een vrieskast enig geluid kan veroorzaken.
TECHNISCHE DIENST
27