Funkmanagement
Radiografische opbouw actor schakelaar
5.2 Inbedrijfname
i Handleiding van de radiografische zender aanhouden.
GEVAAR!
Elektrische schok bij aanraken van onderdelen die onder spanning staan.
Elektrische schokken kunnen dodelijk letsel tot gevolg hebben.
Voordat werkzaamheden aan het apparaat worden uitgevoerd, moeten span-
ningvoerende delen in de omgeving worden afgedekt!
Radiografische zender inleren
i Wanneer alle geheugenplaatsen zijn bezet, dan moet eerst een al ingeleerde radiografi-
sche zender worden gewist. Daarvoor alle ingeleerde kanalen en lichtscenario's van de ra-
diografische zender afzonderlijk wissen.
De afstand tussen ontvanger en radiografische zender is 0,5 tot 5 m.
De last is uitgeschakeld.
o
De programmeertoets van de schakelactor of de installatiedrukknop ca. 4 seconden indruk-
ken.
i Bij het indrukken van de installatiedrukknop wordt gedurende de ca. 4 seconden de last in-
geschakeld.
De LED knippert. Schakelactor bevindt zich gedurende ca. 1 minuut in de programmeer-
modus.
o
Leertelegram aan radiografische zender activeren (zie handleiding radiografische zender).
De LED brandt. De radiografische zender is ingeleerd.
o
De programmeertoets van de actor of de installatiedrukknop kort indrukken.
Het licht schakelt in. De actor staat in de bedrijfsstand.
i De programmeermodus wordt na ca. 1 minuut automatisch verlaten.
i Lichtscenariotoetsen afzonderlijk inleren.
i Bij het inleren van een radiografische zender wordt een aanwezige alles-aan-toets en al-
les-uit-toets automatische meegeleerd.
Radiografische zenders afzonderlijk wissen
o
De te wissen radiografische zender opnieuw inleren (zie radiografische zender inleren).
De LED knippert snel. De radiografische zender is gewist.
i Wanneer meerdere kanalen of lichtscenario's van een radiografische zender zijn ingeleerd,
dan moeten deze afzonderlijk worden gewist.
6 Bijlage
6.1 Technische gegevens
Nominale spanning
Netfrequentie
Omgevingstemperatuur
Installatie-automaat
Aansluitvermogen
i Vermogensspecificaties inclusief trafoverliesvermogen.
i Inductieve trafo's met minimaal 85% nom. belasting gebruiken.
Gloeilampen
HV-halogeenlampen
Inductieve trafo's
Tronic-trafo's
TL-lampen ongecompenseerd
TL-lampen parallel gecompenseerd
TL-lampen duoschakeling
32526913
J:0082526913
4/5
AC 230 V ~
50 / 60 Hz
-20 ... +55 °C
max. 10 A
2300 W
2300 W
1000 VA
1500 W
1200 VA
920 VA
2300 VA
20.12.2010