L
!
EES DIT EERST
B
ELANGRIJK VOOR UW
WAARSCHUWING
KANS OP ELEKTRISCHE
SCHOKKEN. NIET OPENEN
LET OP: VERMIJD HET RISICO VAN ELEKTRISCHE SCHOKKEN. OPEN NOOIT ZELF DE BEHUIZING. IN HET APPARAAT
BEVINDEN ZICH GEEN ONDERDELEN DIE DOOR DE GEBRUIKER ZELF KUNNEN WORDEN ONDERHOUDEN,
GEREPAREERD EN/OF VERVANGEN. LAAT ONDERHOUD EN REPARATIE OVER AAN GEKWALIFICEERDE TECHNICI.
Het symbool van de bliksemschicht met
pijlpunt en een gelijkzijdige driehoek
waarschuwt de gebruiker voor de aan-
wezigheid van ongeïsoleerde gevaarlijke
voltages binnen in de behuizing van het
apparaat. Deze voltages kunnen elek-
trische schokken veroorzaken.
WAARSCHUWING: VERKLEIN BRANDGEVAAR EN DE KANS OP ELEKTRISCHE SCHOKKEN; STEL HET APPARAAT NIET
BLOOT AAN REGEN OF VOCHT.
Algemeen
1. Uitpakken: controleer het product zorgvuldig. Mocht het
tijdens transport beschadigd zijn, meldt dit dan direct bij uw
handelaar en/of transporteur die het heeft afgeleverd.
2.Aansluitingen: schakel altijd alle apparatuur uit wanneer u
iets verandert aan de aansluitingen, signaalkabels of
lichtnetverbindingen. Daarmee voorkomt u dat schakelklikken
ontstaan en bovendien dat u zelf enig risico loopt. Houd alle
verbindingen buiten het bereik van kinderen.Voordat u het
apparaat verplaatst, eerst alle verbindingen met andere com-
ponenten losnemen en controleren of alle stekkers uit het
stopcontact zijn genomen.
3. Lees de handleiding. Lees vooral alle aanwijzingen
omtrent veiligheid voordat u het apparaat in gebruik neemt.
4. Bewaar de aanwijzingen voor eventueel later gebruik.
5. Houd u aan de aanwijzingen die in de handleiding worden
gegeven.
6.Volg alle aanwijzingen nauwgezet op: voorkomen is beter
dan genezen!
7.Water en vocht. Gebruik geen enkel elektrisch product in
de nabijheid van water – bijvoorbeeld een bad, gootsteen,
zwembad enzovoort.
8.Toebehoren. Plaats het apparaat om te beginnen op een
solide en vlakke ondergrond. Zet u het op een schap of
plank, overtuig u er dan van dat deze het gewicht kan dra-
gen. Gebruik nooit een instabiele of zwakke ondergrond,
stand, driepoot, beugel of tafeltje. Zou het apparaat vallen,
dan kan het – zeker bij kinderen – ernstig letsel toebrengen
en uiteraard ook schade aan het product veroorzaken.
Gebruik uitsluitend stands, beugels en andere materialen die
door de fabrikant worden aanbevolen, of bij het product wor-
den geleverd.Volg bij wandmontage altijd de aanwijzingen
van de fabrikant op.
9.Wand- of plafondmontage. Bevestig het product alleen
tegen wand of plafond op de door de fabrikant voorgeschre-
ven wijze.
10. Schoonmaken. Neem de stekker uit het stopcontact voor-
dat het product wordt schoongemaakt. Gebruik geen vloeiba-
re middelen, noch spuitbussen. Gebruik een vochtige, zachte
doek.
11. Extra's. Gebruik nooit extra's die niet uitdrukkelijk door
de fabrikant zijn voorgeschreven.
12.Vervangende onderdelen. In het geval dat vervangende
onderdelen nodig zijn, zie er dan op toe dat uitsluitend door
de fabrikant voorgeschreven onderdelen worden gebruikt,
dan wel onderdelen met identieke specificaties.Verkeerde
onderdelen kunnen brand en zelfs elektrische schokken ver-
oorzaken.
13.Veiligheid. Laat de technicus na de reparatie altijd een
veiligheidstest uitvoeren, om vast te stellen of het product
veilig gebruikt kan worden.
14.Voeten/spikes. Bij het opstellen of verplaatsen van het
product opletten dat het wordt opgelicht en niet verschoven.
Zo voorkomt u beschadiging van de vloer of het vlak waarop
het staat. Let op! Soms kunnen de rubber pootjes van een
product chemisch reageren met het oppervlak waar ze op
staan en dit verkleuren. Leg er voor de zekerheid altijd een
bescherming tussen.
CASCADE MODEL FIFTEEN
ii
V
!
EILIGHEID
15. Garantie: in de onderstaande om-
standigheden kan de garantie vervallen:
a.Wanneer het serienummer is verwij-
derd of veranderd.
b. Wanneer reparaties en/of modifi-
caties en/of andere bewerkingen zijn
uitgevoerd door niet geautoriseerde
technici en/of accessoires zijn toege-
Het uitroepteken in een gelijkzijdige
driehoek waarschuwt de gebruiker voor
voegd die door de fabrikant/impor-
de aanwezigheid van belangrijke infor-
matie aangaande onderhoud en service
teur niet
in de gebruiksaanwijzing.
zijn goedgekeurd.
16. Garantie: onderstaande onderdelen
vallen niet onder de garantie:
a. Schade die is veroorzaakt door
onachtzaamheid of niet voldoen aan
de aanwijzingen in de handleiding.
b. Schade aan mechanische onderdelen (zoals opname/-
weergave koppen, bewegende rubber en plastic delen en
zekeringen) en normale slijtage door gebruik.
c. Schade door acties of invloeden van buitenaf.
d. Schade door verkeerd gebruik.
e. Schade door te hoge netspanning of blikseminslag.
f. Schade door vuur, water of rook.
g. Schade die voor aanschaf al bekend was.
h. Schade door professioneel gebruik van huiskamerappara-
tuur (gebruik in horeca, publieke ruimte, continu gebruik,
enz.).
17.Technische gegevens: alle technische gegevens en
eigenschappen van producten kunnen zonder voorafgaande
kennisgeving worden gewijzigd.
Passieve Producten
18.Versterkers: versterkers die worden gebruikt om passieve
producten te sturen dienen voldoende vermogen te hebben.
Een tekort aan vermogen kan leiden tot 'clippen', wat weer
kan leiden tot schade die niet onder de garantie valt.
Actieve Producten
19.Ventilatie: sleuven en openingen in de kast zijn bedoeld
voor ventilatie: ze zorgen voor een betrouwbare werking van
het product en beschermen het tegen oververhitting. Dek of
sluit deze openingen nooit af door het product op een tapijt
of andere zachte ondergrond te zetten. Plaats zo'n product
ook niet in een afgesloten kastje of rek, tenzij voor adequate
ventilatie wordt gezorgd. Zorg er ook voor dat er om het pro-
duct voldoende ruimte (minimaal 10 cm) vrij blijft voor de
luchtstroom. Wordt de versterker ondergebracht is een kast
of afgesloten geheel, zorg er dan voor dat er voldoende
luchtstroom in de kast is, wat betekent dat de warme lucht
eruit kan en frisse lucht wordt toegevoerd. Dek ook de venti-
latiesleuven in de bovenzijde nooit af door er iets op te zet-
ten. Bedenk dat versterkers warmte produceren en dat de
ventilatiesleuven ervoor bedoeld zijn deze warmte af te voe-
ren. Door andere elektronische apparatuur in de buurt van
deze sleuven te plaatsen zal op den duur de betrouwbaarheid
in gevaar brengen van zowel de versterker als de andere
apparatuur. Leg ook geen CD's, hoezen, doosjes en andere
zaken op, onder of tussen apparatuur die is gestapeld. Ook
dat belemmert de noodzakelijk luchtstroom.
20. Netvoeding. Sluit dit apparaat alleen aan op een lichtnet
als gespecificeerd op het typeplaatje. Bent u niet zeker van
het juiste type voeding, raadpleeg dan uw leverancier of uw
elektriciteitsbedrijf. Raadpleeg bij apparatuur die op batterij-
en of andere voedingsbronnen werkt eerst de handleiding.
21.Aarding en polariteit. (alleen in Groot Brittannië). Het
product kan uitgerust zijn met een gepolariseerde wissel-
spanningstekker, waarvan de ene pen breder is dan de ande-
re, en die daardoor slechts op één manier in het stopcontact
kan worden gestoken. Lukt het niet om de stekker in te ste-
ken, draai deze dan om. Lukt het dan nog niet, laat de elektri-
cien het verouderde stopcontact dan vervangen.Verander
deze veiligheidsvoorziening niet.
22. Bescherm het netsnoer. Leg een netsnoer zodat er niet
op getrapt kan worden, of door scherpe voorwerpen of poten
beschadigd kunnen raken. Let vooral op de plaats waar het
snoer het apparaat of de stekker verlaat. Om gevaarlijke situ-
aties te voorkomen wordt aangeraden alleen het bij het appa-
raat geleverde snoer te gebruiken. Gebruikt u een vervan-
ging, zie er dan op toe dat dit even dik is. Wij raden het
gebruik van verlengsnoeren af. Leg in het algemeen snoeren
nooit onder het tapijt door en plaats er geen zware meubels
op. Laat beschadigde snoeren direct door een gekwalificeer-
de technicus vervangen door een identiek type.Trek bij het
uitnemen van de stekker uit het stopcontact altijd aan de
stekker en niet aan het snoer.
23.Afwezigheid. Neem de stekker uit het stopcontact wan-
neer het apparaat voor langere tijd niet zal worden gebruikt.
24. Onweer. Neem de stekker ook uit het stopcontact – net
als de eventuele antennekabel – in geval van onweer. Dat
voorkomt dat er schade aan het apparaat ontstaat door blik-
seminslag via het lichtnet of de kabelverbinding.
25. Overbelasting. Zorg ervoor dat het stopcontact en/of de
groep niet wordt overbelast, waardoor brand kan ontstaan.
26. Beschadigingen. Neem de stekker uit het stopcontact en
laat het systeem controleren door een gekwalificeerde tech-
nicus in de volgende gevallen:
a. Het netsnoer of de stekker zijn beschadigd.
b.Apparatuur is gevallen of er vloeistof in is gekomen.
c.Apparatuur aan regen of vocht blootgesteld is geweest.
d. Het apparaat niet normaal werkt terwijl de aanwijzingen
worden opgevolgd. Gebruik bedieningsorganen uitsluitend
als aangegeven in de handleiding, daar verkeerd gebruik
kan resulteren in beschadiging en vaak kostbare reparatie
met zich meebrengt.
e. Het apparaat is gevallen, of de kast is beschadigd.
f.Wanneer het apparaat merkbaar niet normaal werkt, of het
gedrag duidelijk is veranderd.
27. Service. Probeer nooit het apparaat zelf te repareren,
daar het openen u kan blootstellen aan gevaarlijke spannin-
gen. Laat alle service over aan een gekwalificeerde techni-
cus.
28.Vreemde voorwerpen en vloeistof. Zorg ervoor dat er
geen vreemde voorwerpen en/of vloeistof in het apparaat
kan komen daar dit tot ernstige schade en gevaarlijke situ-
aties kan leiden. Zet nooit bloempotten, vazen en andere
zaken op elektrische of elektronische apparatuur: levensge-
vaarlijk!
29.Warmte. Houd het apparaat altijd uit de buurt van
kachels, ovens en andere warmtebronnen (zoals versterkers).
Vermijd gebruik in extreem warme en koude plaatsen en
direct zonlicht.
Controleer of het apparaat op de gekozen plaats aan alle zij-
den voldoende ventilatie krijgt.