BELANGRIJKE INFORMATIE
Als de gebruiker niet ZONE 2 selecteert, kan hij ook
niet de robot in ZONE 3 laten werken.
- Druk toets
of toets
op
om werken in ZONE 3 te selecteren: "*" verschijnt
voor ZONE 3.
4. Sla het op in het geheugenpunt.
Het Geheugenpunt
is om de maaier te programmeren
om de virtuele draad te verlaten en in het gazon te
rijden. Elke zone heeft zijn geheugenpunt.
Houd de voltage van de maaier op meer dan 27V
voor je geheugenpunten inschakelt.
- Zet de maaier in het oplaadstation
- Selecteer START en bevestig door op
Dan zal de robot de virtuele draad volgen.
- Druk op
om het Geheugenpunt in ZONE 1 in te
stellen als de maaier bij Geheugen 1 aankomt.
Druk op
om het Geheugenpunt in ZONE 2 in te
stellen als de maaier bij Geheugen 2 aankomt.
Druk op
om het Geheugenpunt in ZONE 3 in te
stellen als de maaier bij Geheugen 3 aankomt.
Neem Geheugen 1, Geheugen 2, Geheugen 3 zoals de
afbeelding hieronder.
- Je kunt best het Geheugenpunt in het midden van
twee hoeken zetten.
- Een beter positieve voor een Geheugenpunt is 3
meter lengte van de virtuele draad aan het begin of
einde van een zone.
- Route de draad rond de passage om de zone te
onderscheiden. De virtuele draad van en naar de
passage is minstens 1 meter, zoals je hieronder op de
afbeelding kan zien.
- Een minimum afstand tussen het van en naar van de
virtuele draad wat een passage van 50cm is van één zone
naar de andere.
- Zet de robot terug op het oplaadstation en wacht tot hij
begint te werken.
om naar ZONE 3 te gaan en druk
.
te drukken.
5. GEBRUIK
5.13 Schema tijdinstelling
De schematijdinstelling moet samen met de ZONE-
functie gebruikt worden.
1. Selecteer ZONE
2. Selecteer SCHEMATISEER TIJD en ga erin door op
te klikken.
3. Selecteer WEEK (
ZAT, ZON)
4. Om in te stellen druk op START TIJD.
Selecteer START TIJD en ga erin door op
-
- Druk toets
bevestig door op
5. Om de werktijd in elke zone in te stellen.
Selecteer ZONE 1 en ga erin door op
-
- Druk toets
robot in ZONE 1 moet werken en bevestig de
instellingen door op
maaibeurt. (van 000 tot 500 minuten).
6. Stel ZONE 2 tot ZONE 6 in zoals bij Stap 5.
Uitleg:
- Als ZONE 1 op 000 minuten ingesteld staat betekent
dat, dat ZONE 1 niet gesneden zal worden.
- Als de gebruiker ZONE 2 selecteert (zie
5.12ZONE
een werktijd in ZONE 3 heeft ingesteld, zal de
robot niet werken in ZONE 3.
7. Selecteer SLUIT AF om op te slaan of selecteer DEL om
de instellingen te verwijderen.
5.14 LINE
LIJN: Elke keer de maaier start, moet hij de draad
vinden en het eerst naar het station volgen.
1. Selecteer ZONE
2. Selecteer LIJN en ga erin door op
3. Selecteer welke dag en bevestig door op
drukken.
BELANGRIJKE INFORMATIE
Alle instellingen hebben ongeveer 3 seconden nodig
om te memoriseren, dus zet aub de maaier niet
onmiddellijk na het instellen af.
- 16 -
P15-5.12 ZONE-instelling.
en ga erin door op
MA, DI, WOE, DO, VRIJ,
en ga erin door op
of toets
om Uur/Minuut in te stellen en
te klikken.
of toets
om in te stellen hoe lang de
te drukken. 10 minuten voor elke
INSTELLING). Zelfs als de gebruiker
en ga erin door op
te klikken.
te drukken.
te klikken.
te drukken.
P15-
te klikken.
te klikken.
te