Sluimerstand activeren en beëindigen
Standaard is het systeem zo ingesteld dat de sluimerstand wordt geactiveerd als de Slate enige tijd
inactief is geweest en op accuvoeding of netvoeding werkt of wanneer de acculading een kritiek laag
niveau bereikt.
U kunt de instellingen voor energiebeheer en de wachttijden wijzigen in het onderdeel Energiebeheer
van het Configuratiescherm van Windows.
U activeert de sluimerstand als volgt:
▲
Tik op Start, tik op de pijl naast de knop Afsluiten en tik vervolgens op Sluimerstand.
U beëindigt de sluimerstand als volgt:
▲
Schuif de aan/uit-schakelaar omlaag en laat deze direct weer los.
Wanneer de sluimerstand wordt beëindigd, verschijnt uw werk op het punt waar u was gestopt met
werken en de sluimerstand werd geactiveerd.
OPMERKING:
moet u uw Windows-wachtwoord opgeven voordat uw werk weer op het scherm verschijnt.
Energiemeter gebruiken
De energiemeter wordt standaard weergegeven in het systeemvak aan de rechterkant van de
taakbalk. Met de energiemeter heeft u snel toegang tot instellingen voor energiebeheer, kunt u de
acculading bekijken en kunt u een ander energiebeheerschema selecteren.
●
Tik op het pictogram Energiemeter om de acculading en het huidige energiebeheerschema
weer te geven.
●
Tik op het pictogram Energiemeter en selecteer een item in de lijst om toegang te krijgen tot
Energiebeheer of het energiebeheerschema te wijzigen.
Aan de verschillende pictogrammen kunt u zien of de Slate op accuvoeding of op externe netvoeding
werkt. Als de accu een laag, kritiek laag of reserveladingsniveau heeft bereikt, geeft het pictogram
ook een bericht weer.
Ga als volgt te werk om het pictogram van de energiemeter te verbergen of weer te geven:
1.
Tik op het pictogram Verborgen pictogrammen weergeven (de pijl aan de linkerkant van het
systeemvak) en houd het ingedrukt.
2.
Tik op Meldingspictogrammen aanpassen.
3.
Tik onder Gedrag op de optie Pictogram en meldingen weergeven voor het pictogram
Energie.
4.
Tik op OK.
als u heeft ingesteld dat een wachtwoord nodig is om de sluimerstand te beëindigen,
Opties voor energiebeheer instellen
37