4 Energie besparen en optimale werking
Buitenunits
RXM35~60
3MXM40~68
4MXM68~80
5MXM90
RZAG35~60
RZAG71~140
RZASG71~140
AZAS71~140
Binnenvochtigheid
Symbool
Verklaring
Buitentemperatuur
Binnentemperatuur
(a)
Om te voorkomen dat er condens wordt gevormd en water
uit de unit druppelt. Als de temperatuur of de vochtigheid
buiten deze limieten valt, kunnen beveiligingen geactiveerd
worden, waardoor de unit mogelijk niet functioneert.
Gebruiksaanwijzing
4
Koelen
Verwarmen
–
–
10~46°C droge
15~24°C droge
bol
bol
–16~18°C natte
bol
18~32°C droge
10~30°C droge
bol
bol
–
–
10~46°C droge
15~24°C droge
bol
bol
–16~18°C natte
bol
18~32°C droge
10~30°C droge
bol
bol
–
–
20~52°C droge
20~24°C droge
bol
bol
–21~18°C natte
bol
18~32°C droge
10~30°C droge
bol
bol
–
–
20~52°C droge
19,5~21°C drog
bol
e bol
–
20~15,5°C natt
e bol
18~37°C droge
10~27°C droge
bol
bol
12~28°C natte
bol
–
–
15~46°C droge
14~21°C droge
bol
bol
–
15~15,5°C natt
e bol
20~37°C droge
10~27°C droge
bol
bol
14~28°C natte
bol
–
–
15~46°C droge
14~21°C droge
bol
bol
–
15~15,5°C natt
e bol
20~37°C droge
10~27°C droge
bol
bol
14~28°C natte
bol
(a)
≤80%
Het insteltemperatuurbereik van de gebruikersinterface is:
Koelen
17~32°C
3.2
Bedieningsprocedure
▪ Schakel de voeding ten minste 6 uur voor gebruik van de unit in,
dit om een vlotte werking te verzekeren. Zodra de voeding wordt
ingeschakeld, verschijnt het displays van de gebruikersinterface.
▪ Als de stroom tijdens de werking uitvalt, zal het systeem
onmiddellijk na het herstellen van de stroom automatisch
herstarten.
▪ Het
temperatuurbereik
van
beschreven in het hoofdstuk "Werkingsbereik".
▪ Als u een niet beschikbare functie selecteert, verschijnt
op de gebruikersinterface.
▪ De werkingsprocedure hangt af van het model (warmtepomp of
alleen koelen). Neem contact op met uw dealer om uw model te
bevestigen.
▪ Lees zorgvuldig de documentatie vooraleer de gebruikersinterface
te gebruiken om zo de best mogelijke werking te kunnen
garanderen.
4
Energie besparen en optimale
werking
VOORZICHTIG
Stel kleine kinderen, planten of dieren NOOIT rechtstreeks
bloot aan de luchtstroom.
WAARSCHUWING
Plaats GEEN voorwerpen die nat kunnen worden onder de
binnenunit en/of buitenunit. Anders kunnen condensatie op
de unit of de koelmiddelleidingen, vuil op het luchtfilter of
een verstopte afvoer druppelend water veroorzaken,
waardoor voorwerpen onder de unit kunnen vuil worden of
schade oplopen.
OPMERKING
Gebruik het systeem NIET voor andere doeleinden.
Gebruik de unit NIET voor het koelen van precisie-
instrumenten, voedsel, planten, dieren of kunstwerken, om
te voorkomen dat de kwaliteit ervan wordt aangetast.
VOORZICHTIG
Gebruik het systeem NIET wanneer een rookvormig
insecticide in de ruimte wordt verspreid. Anders zouden de
chemische stoffen zich in de unit kunnen ophopen, met
gevaar voor de gezondheid van mensen die overgevoelig
zijn voor chemische stoffen.
WAARSCHUWING
Zet GEEN brandbare sprays bij de airconditioner en
gebruik GEEN sprays. Anders kan er brand ontstaan.
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen in acht om voor een
optimale werking van het systeem te zorgen.
▪ Houd bij het koelen rechtstreeks zonlicht uit de kamer met behulp
van gordijnen of jaloezieën.
▪ Verlucht dikwijls. Zorg bij langdurig gebruik vooral voor
verluchting.
▪ Houd deuren en ramen dicht. Als de deuren of ramen open
blijven, zal er lucht uit de kamer stromen, met een kleiner koel- of
verwarmeffect tot gevolg.
Verwarmen
16~31°C
de
gebruikersinterface
staat
FBA35~140A2VEB+FBA35~71A2VEB9
Split-systeem airconditioners
4P456964-1C – 2018.08