Inhoudsopgave
Advertenties
menu-instellingen
g-sensor
Deze functie stelt gebeurtenissen en alarmen in die moeten worden gegenereerd afhankelijk van de beweging
van het voertuig.
De tijd dat ze optreden kan worden geraadpleegd in het gebeurtenislogboek. Voor informatie over Gebeurtenislog raadpleegt u de
`
sectie "Loggegevens" onder "Menu instellen > Systeem instellen" van de inhoudsopgave.
Na de e-mailinstelling kan het optreden van de G-sensor-gebeurtenissen worden verzonden. Zie de sectie "E-mail" onder "Menu
`
instellen > Netwerkinstellingen" van de inhoudsopgave.
menu > geb. > g-sensor
• G-sensor wordt gebruikt.: Controleert of G-sensor wel of niet wordt gebruikt.
• Gevoeligheid: Stelt het gevoeligheidsniveau (Laag/Gemiddeld/Hoog) in voor de uitvoer van de G-sensor. Hoe
hoger het gevoeligheidsniveau, des te frequenter de G-sensorgebeurtenissen.
• Alarminstellingen
- Als <alles> is geselecteerd, worden zowel het piepgeluid als alarmsignaal via de achterste poorten aan de
zijkant uitgevoerd.
- Als <PieP> is geselecteerd, klinkt er een piep.
- Als u het nummer selecteert van een terminal met alarmuitgang, wordt er aan de achterkant van de terminal
met alarmuitgang een signaal weergegeven. Elk product heeft een ander aantal terminals met alarmuitgang.
• Duur v. alarm : Hiermee stelt u de duur van het alarm in voor het alarmsignaal en piepgeluid.
De G-sensorgebeurtenis vindt niet plaats als de bedieningskast niet verbonden is met het voertuig.
`
M
42_ menu-instellingen
netwerkconfiguratie
Het biedt bewaking via het netwerk van Live-scherm van een externe locatie, en ondersteunt de functie e-mail doorsturen
bij gebeurtenissen. U kunt de netwerkomgeving configureren waarmee dergelijke functies ingeschakeld worden.
interface
U kunt de route en het protocol van de netwerkverbinding instellen.
een netwerkverbinding instellen
Hiermee worden het protocol en de omgeving van het netwerk ingesteld.
menu > netwerk > interface
• Netwerk: Elk NVR-product ondersteunt een ander aantal netwerkpoorten. Als het twee of meer
netwerkpoorten ondersteunt, kunt u het netwerk voor elke functie als volgt instellen.
• Camera: Kan worden gebruikt als een poort waarop u een camera kunt aansluiten. Als u een camera aansluit,
wordt de cameravideo overgebracht. Met behulp van de netwerkinformatie kunt u de webviewer openen.
Als er een UTP-kabel voor de verbinding wordt gebruikt, wordt (UTP) weergegeven. In geval van een glasvezelkabel wordt (Optic)
`
weergegeven.
• Viewer: Kan worden gebruikt als een poort om video over te brengen naar de webviewer. Als u de
netwerkinformatie in uw browser opent, kunt u op afstand video in uw webviewer bewaken.
• Wi-Fi: Poort voor aansluiting met externe Wi-Fi. Wi-Fi-poort wordt als back-up gebruikt.
Voor maximale prestaties van Wi-Fi-back-up raadpleegt u Prestaties van Wi-Fi-back-up in de
productspecificatiehandleiding.
• Alle: Kan worden gebruikt als een gedeelde poort voor de camera- en webviewerverbinding.
- IP-type: selecteer het type netwerktoegang.
- IP-adres, subnetmasker, gateway, DNS
Statisch: IP-adres, subnetmasker, gateway en DNS kunt rechtstreeks worden ingevoerd.
`
DHCP: IP-adres, subnetmasker, gateway en DNS kunnen automatisch worden ingesteld.
`
PPPoE: IP-adres, subnetmasker, gateway en DNS kunnen automatisch worden ingesteld.
`
- In geval van Wi-Fi wordt SSID boven het IP-adres weergegeven.
- Gebr.-ID, Wachtw.: Als u de toegangsmodus wilt instellen op PPPoE, voert u de "gebr.-id" en het
"wachtw." in die bij PPPoE zijn geregistreerd.
• Overdrachtsbandbreedte: Voer de max. gegevenssnelheid voor overdracht in.
• Standaardgateway: U kunt de standaardgateway instellen. Als er meerdere netwerkpoorten zijn, stelt u een
daarvan in als de standaardgateway.
De DNS-waarden van <DHCP> en <PPPoE> kunnen alleen rechtstreeks worden ingevoerd als u <Handmatig> hebt
`
M
geselecteerd.
Advertenties
Inhoudsopgave
