5.3 Aansluiten condensafvoer
De condensafvoer zit bij het Flair 300 2-2 toestel in het onderpaneel. Het condenswater moet via de
binnenriolering worden afgevoerd.
De sifon (met ingebouwde beluchter) wordt los bij het toestel meegeleverd en moet door de installateur onder in
het toestel worden gemonteerd (bajonet aansluiting). Deze sifon heeft een uitwendige aansluitdiameter van 32
mm. De sifon wordt aangesloten op de binnenriolering. Geadviseerd wordt om een stankafsluiter tussen het riool
en sifon te plaatsen om stankoverlast te vermijden.
Belangrijk
Bij de Flair 300 2-2 toestel als linker uitvoering zit de condensafvoeraansluiting rechts onder in
het onderpaneel en bij de Flair 300 2-2 toestel als rechter uitvoering zit de
condensafvoeraansluiting links onder in het onderpaneel ( ®
pagina 8 )
Nooit de twee condensafvoeraansluitingen onder het toestel omwisselen!
De afsluitdop bij de niet gebruikte condensafvoeraansluiting nooit verwijderen!
Geadviseerd wordt om een 32 mm aansluiting met manchetafdichting (HT DN32) toe te passen (niet meegeleverd
bij het toestel) zodat de sifon in de toekomst eenvoudig gereinigd kan worden.
Belangrijk: Altijd de rubber afdichtring in de manchet bij montage voorzien van een glijmiddel zoals bijvoorbeeld
zuurvrije vaseline. Deze manchetverbinding moet kunnen worden losgenomen bij service aan het
toestel! De sifon mag niet worden verlijmd met de condensafvoer.
De condensafvoer kan bijvoorbeeld worden aangesloten met een rechte of haakse aansluitverbinding met
manchet. Schuif de condensafvoeraansluiting met manchet met voldoende lengte over de aansluiting van de
sifon.
A = Flair 300 2-2 linker uitvoering
B = Montage sifon onder in Flair toestel
C = Voorbeelden van condensafvoer aansluitingen met manchet HT DN32
D = Losneembare koppeling
E = Voorbeeld stankafsluiter
Flair 300 2-2 616226-H
Aansluitingen en afmetingen