13. STORINGSCODES VAN BlueCity 300 UNITS
13.1 Print instellen voor vloerverwarming
Bij vloerverwarming mag de temperatuur van het water in
de vloer niet te hoog worden. Door de jumper van R naar
U om te zetten (dichter naar de andere jumper) wordt de
aanvoertemperatuur naar de CV installatie tot 50°C
begrensd.
Dit is echter geen "faal veilige" aanpassing! Als bijvoor-
beeld de elektrische stroom uitvalt, dan werkt de regeling
niet meer. Daarom wordt dringend geadviseerd om een
extra mechanische bescherming tegen te hoge tempe-
raturen in de vloer te monteren.
Figuur 13.1 Jumpers
13.1.1
Instellingen van de jumpers
Er zijn twee jumpers die elk op twee verschillende posities
geplaatst kunnen worden.
Met de "R / U" jumper kan de maximale aanvoertempera-
tuur naar de CV ingesteld worden. Op de positie R (de
jumper staat dan naast de R die op de print afgedrukt is),
is de aanvoertemperatuur begrensd op 90°C.
In de positie U is de begrenzing 50°C. De letter R is een
afkorting van "radiator" en de letter U van "underfloor" wat
de Engelse benaming van vloerverwarming is.
Met de "- / C" jumper kan in de software van de regelprint
een regeling voor koeling geactiveerd worden. De letter C
is een afkorting van het Engelse "Cooling". De BlueCity
heeft geen koelfunctie en daarom dient de jumper niet op
"C" geplaatst te worden.
13.2 Storingscodes van de BlueCity 300
units
De BlueCity 300 units kunnen de volgende foutcodes
aangeven:
Fout
Betekenis
0
Opstart procedure wordt uitgevoerd.
(Dit is geen fout melding.)
1
Aanvoertemperatuur sensor fout.
2
Retourtemperatuur sensor fout.
3
Temperatuur van de print is te hoog of te laag.
4
Geen heet stadsverwarmingswater en de
jumper staat niet op "C".
5
Geen heet stadsverwarmingswater en de
jumper staat wel op "C".
6
Geen toevoer van koud water.
7
Geen OpenTherm communicatie.
8
Geen I2C communicatie.
Er is een led op de print aanwezig die de foutcode door
middel van lichtsignalen aangeeft.
Bij een fout brandt de led 1 seconde gevolgd door een
aantal flikkeringen. Het aantal flikkeringen geeft de fout
code aan. Deze lichtsignalen worden voortdurend
herhaald.
Als een OpenTherm thermostaat aangesloten is, dan
wordt de foutcode ook op het scherm van de thermostaat
getoond. Er wordt dan tevens het module-nummer bij de
foutcode opgeteld. Dit module-nummer is 20 voor de
BlueCity unit. Dus in geval van fout 2 wordt op de
OpenTherm thermostaat 22 aangegeven. Er mogen
alleen foutcodes van 21 tot en met 28 aangegeven
worden. Als er een ander module-nummer dan 20 wordt
aangegeven, dan is de print defect en dient deze te
worden vervangen.
13.3 Betekenis storingscodes
1. Aanvoer temperatuursensor fout
Oorzaak: De gemeten aanvoertemperatuur is lager
dan 0°C of hoger dan 100°C.
Behalve de foutcode aangeven doet de print het
volgende bij deze storing: De pomp wordt uitgezet en
de verwarming wordt uitgeschakeld.
Oplossing: Controleer de sensor door deze van de
print los te koppelen en de elektrische weerstand van
de sensor te meten. Zie 13.4 "Controle van de NTC
temperatuursensoren. Vervang de sensor als hij
defect is. Is de sensor in orde, controleer dan de print
en vervang deze eventueel.
2. Retourtemperatuur sensor fout
Deze fout kan alleen optreden als eerder een tempe-
ratuur tussen -40°C en 100°C is gemeten. Als vanaf
het moment dat de stekker in het stopcontact is
gestoken er geen sensor of ander apparaat op 1-2
aangesloten was, dan zal deze fout niet weergege-
ven worden!
Oorzaak: De gemeten retourtemperatuur is lager
dan 0°C of hoger dan 100°C.
Behalve de foutcode aangeven neemt de print verder
geen acties, de verwarming blijft gewoon werken.
Oplossing: Als er geen retoursensor gemonteerd is,
dan kan de fout verwijderd worden door de stekker
voor korte tijd uit het stopcontact te halen. De print
wordt dan gereset.
Is er wel een retourtemperatuursensor gemonteerd,
controleer dan de sensor door deze van de print los
te koppelen en de elektrische weerstand van de
sensor te meten. Zie 13.4 "Controle van de NTC
temperatuursensoren. Vervang de sensor als hij
defect is. Is de sensor in orde, controleer dan de print
en vervang deze eventueel.
3. Temperatuur van de print is te hoog of te laag
Oorzaak: de sensor op de print meet een tempera-
tuur die hoger is dan 60°C of lager is dan 0°C.
Behalve de foutcode aangeven doet de print het
volgende bij deze storing: De pomp wordt uitgezet en
de verwarming wordt uitgeschakeld.
Oplossing: Laat de print opwarmen of afkoelen tot
omgevingstemperatuur. Als de temperatuur in orde is
en de fout blijft aanwezig, vervang dan de print.
4. Geen heet stadsverwarmingswater en de
jumper staat niet op "C"
Oorzaak: Wanneer de klep volledig open is ge-
stuurd, dan wordt de aanvoersensor niet binnen 10
minuten warmer dan de minimum aanvoertempe-
ratuur. De minimum aanvoertemperatuur staat
standaard op 18 graden.
25