De VAIO-computer gebruiken >
n
26
N
De VAIO-computer gebruiken
In dit deel wordt beschreven hoe u optimaal kunt gebruikmaken van alle mogelijkheden van de VAIO-computer.
❑ Het toetsenbord gebruiken
(pagina 27)
❑ De muis gebruiken
(pagina 34)
❑ Het aanraakscherm gebruiken
(pagina 39)
❑ Speciale-functieknoppen
(pagina 43)
❑ De functie Web Access Function gebruiken
(pagina 44)
❑ De ingebouwde camera gebruiken
(pagina 46)
❑ Het optische station gebruiken
(pagina 47)
❑ De Memory Stick gebruiken
(pagina 55)
❑ Andere modules/geheugenkaarten gebruiken
(pagina 62)
❑ Het internet gebruiken
(pagina 66)
❑ Het netwerk (LAN) gebruiken
(pagina 67)
❑ Het draadloze LAN gebruiken
(pagina 68)
❑ De BLUETOOTH-functie gebruiken
(pagina 73)