DEUR OPENEN EN MONITORING
Activering van het elektrische slot is mogelijk in de standby modus en tijdens een conversatie (ook intern). Druk op het ontgrendel
icoon om het elektrische slot te activeren. Iedere activering van het slot zal bevestigd worden door een akoestisch geluid (piep).
Als de lijn bezet is (of andere gebruikers zijn aan het praten), is het niet mogelijk om het elektrische slot te activeren.
De monitoring functie wordt geactiveerd middels het monitor icoon. Het is ook mogelijk om de beeldweergave permanent in te
schakelen (max. 60 minuten) door het ingedrukt houden (min. 5s) van het monitor icoon. De beeldweergave is uitgeschakeld tij-
dens oproepen van andere monitoren.
De monitor staat toe dat de gebruiker de zo genoemde auto-openfunctie activeert. Deze functionaliteit zorgt ervoor dat de deur
automatisch geopend wordt wanneer een bezoeker aanbelt. Deze functie kan geactiveerd worden tijdens kantooruren of in het
geval van een feestje, zodat elke monitor oproep tijdens een actieve auto-open instelling de deur zal openen. De auto-open func-
tie wordt geactiveerd door het vergrendel icoon in te drukken gedurende min. 5s.
Activering van de extra functies worden bevestigd met 5 geluidssignalen ("beeps") in een snel tempo en begeleid met oplichten
van de monitor of communicatie iconen. De functies worden terug gedeactiveerd op analoge wijze als de activatie ervan.
PRO-I/O MODULE
De uitbreidingsmodule PRO-I/O biedt de optie het systeem uit te breiden met een relaisuitgang en een NO-ingang om specifieke
binnenposten op te roepen. De NO/NC relaiscontacten werken mono- of bi-stabiel.
Deze module wordt gebruikt om een tweede poort of verlichting te bedienen en om bvb bezoekers te laten aanbellen bij een in-
gang zonder buitenpost. Op de opgeroepen binnenpost verschijnt het beeld van de camera (indien aangesloten) en het ontgren-
del icoon knippert 10sec lang.
Om het relais te activeren, drukt u op het icoon voor functie 2 (cirkel). Indien de mono stabiele functie geselecteerd is, zal het re-
lais 1sec actief blijven. Dit wordt bevestigd door het beepen van de monitor en het oplichten van de PK ON-led op de module. Bij
bi-stabiele werking wordt de relais geactiveerd door het F2 icoon wat bevestigd wordt met 1 beep-signaal. De relais wordt op
identieke wijze gedeactiveerd en dit wordt bevestigd met 3 beeps. Het relais kan ook bediend worden vanaf de buitenpost (indien
met codeklavier!). Hiertoe dient u op de buitenpost eerst de sleuteltoets in te drukken en pas daarna de code in te geven of de
kaart presenteren.
De I/O-functies worden ingesteld met de DIP-schakelaars op de module:
De 1e dipswitch groep (1-2) selecteert de binnenpost die moet reageren op een druk op de externe knop (INPUT).
De 2e dipswitch groep (3-4) en (5-6) laat het toe om de werkmodus van de relais (OUTPUT) te kiezen. Switches 3 en 4 bepalen
welke binnenposten, de relais kunnen bedienen. Switches 3 en 4 bepalen welke buitenposten, de relais kunnen bedienen. Enkel
buitenposten met codeklavier kunnen de I/O-module bedienen.
Oproep naar alle binnenposten
Oproep naar binnenpost 1
Oproep naar binnenpost 2
Oproep naar binnenpost 3
Mono-stabiel relais
DIP 7 bepaalt of het relais mono-stabiel (switch OFF) of bi-stabiel (switch ON) moet zijn.
DIP 8 activeert de belsignaal modus en verandert de functie van de input van externe belknop naar deurontgrendeling via buiten-
post. Elke oproep van de buitenpost (met adres ingesteld via DIP 3-4) activeert het relais (INPUT) voor 1sec (7=OFF). Als 7 (en
8) ON staan, zal OUTPUT relais elke 6sec gedurende 1sec actief zijn en dit zolang de buitenpost blijft bellen. Indien dan aan de
INPUT een permanent contact gelegd wordt, zal elke oproep de OUTPUT 1sec lang activeren en automatisch de deur aan de
buitenpost ontgrendelen.
Bij een oproep aan de buitenpost naar binnenpost met adres ingesteld op 3-4, wordt de relaisuitgang 1sec geactiveerd (7=OFF).
Indien 7=ON zal de relaisuitgang elke 6sec 1sec geactiveerd worden en dit net zolang de binnenpost belt.
Voorbeeldinstellingen:
De externe drukknop op INPUT belt naar alle monitoren. Uitgangsrelais is mono-stabiel en kan door alle monito-
ren geactiveerd worden.
De externe drukknop op INPUT belt naar monitor met adres 1. Uitgangsrelais is mono-stabiel en kan enkel door
monitoren met adres 1 geactiveerd worden.
De externe drukknop op INPUT belt naar monitor met adres 2. Uitgangsrelais is bi-stabiel en kan enkel door
monitoren met adres 2 en de buitenpost met adres 2 geactiveerd worden.
Relais activatie door alle binnen-
posten
Relais activatie door binnenpost 1
Relais activatie door binnenpost 2
Relais activatie door binnenpost 3
Bi-stabiel relais
Als 8=ON: continu actief
5
Relais activatie door alle buitenpos-
ten
Relais activatie door buitenpost 1
Relais activatie door buitenpost 2
Relais activatie door buitenpost 3
Relais: belsignaal
Ingang: deur ontgrendeling