Bij indirecte reiniging
•
Bij indirecte reiniging wordt het reinigingsobject in bijvoorbeeld een glasbeker in de reinigingsvloeistof
gelegd. Bepaal met de bijbehorende ring de inzetdiepte en plaats het glas in de bijbehorende gatendeksel;
•
De inzetbekers dienen minimaal 3 centimeter diep in de contactvloeistof te hangen;
•
Als contactvloeistof tussen de tankwand en inzetbeker kunt u zowel de voorhandenzijnde reinigingsvloeistof
of speciale contactvloeistof voor ultrasoonoverbrenging gebruiken.
5. Reinigingssoorten en vloeistoffen
Ultrasoon vloeistof
De ultrasoontank is alleen geschikt voor ultrasoon vloeistoffen op waterbasis. Bij het gebruik van reinigingsmiddelen
dienen de veiligheids- en gebruiksvoorschriften van de fabrikant in acht te worden genomen. Alleen water als
vloeistof reinigt onvoldoende, voor een optimale reiniging dient u een Tickopur of Stammopur reinigingsmiddel toe
te passen. Warme vloeistoffen verhogen de reinigingswerking en verkorten de reinigingstijd.
Desinfecteervloeistoffen mogen niet aanvullend verwarmd worden.
Directe reiniging in de ultrasoontank
Het te reinigen object wordt direct in de ultrasoontank met ultrasone reinigingsvloeistof geplaatst. Dit is de meest
voorkomende manier van reinigen. Het object wordt met een korf of objecthouder in de vloeistof geplaatst.
Indirecte reiniging in een afgesloten inzetbeker
Indirecte reiniging in een afgesloten inzetbeker vindt plaats bij:
•
Gebruik van agressieve chemicaliën (bijvoorbeeld zuren) of brandbare reinigingsvloeistoffen (b.v. benzine);
•
Gelijktijdig gebruik van verschillende reinigingsvloeistoffen in de tank en inzetbeker;
•
Verwijdering van agressieve chemische verontreiniging;
•
Verwijdering van schurende verontreiniging (bijvoorbeeld polijstpasta, kwarts en zand).
De tank dient u na ieder reinigingsproces schoon te maken. Bij het niet voldoende reinigen van de tank kunnen
corrosieplekken ontstaan en kan de tank doorroesten. Reinigingsvloeistoffen kunt u afhankelijk van de vervuiling
meerdere keren gebruiken. Door het opnieuw toevoegen van reinigingsvloeistof kunt u de oude vloeistof niet meer
opfrissen. Voor het verwijderen van de vloeistof dient u de richtlijnen van de fabrikant te volgen.
6. Apparaat reinigen
•
Haal de stekker uit het stopcontact;
•
Bij een tank zonder afvoer de tankinhoud via een hoek leeggieten. Let op dat er geen spatwater over de
bodem of de kabelaansluiting loopt;
•
Het apparaat niet afspoelen of in water onderdompelen;
•
De tank grondig uitspoelen en droogwrijven. Gebruik geen staalwol, kras of schraap elementen;
•
Randen en resten zijn met een normaal in de handel verkrijgbare roestvrijstaalreiniger zonder schuurmiddel
te verwijderen;
•
De buitenzijde van het apparaat alleen vochtig afnemen.
Gebruikshandleiding GeneralSonic / Soniclean
Ultra Center Europe B.V. | www.ultrasoonreiniger.com
Pagina 5