1. Klaar maken voor gebruik
a.
Druk als alle kabels verbonden zijn op POWER om het systeem aan te zetten.
b.
De HOME LED zal constant oplichten om aan te duiden dat de antenne klaar is voor gebruik.
Als de antenne niet terug is gekeerd naar de HOME positie, blijft de HOME LED knipperen terwijl de
antenne terugkeert naar de HOME positie. Als het systeem klaar is zal de standaard satelliet "ASTRA1"
of de laatst gekozen satelliet op het LCD scherm van de controller getoond worden.
Let op
In de HOME positie is de antenne volledig opgevouwen en naar voren gericht.
c.
De communicatie LED zal constant oplichten als het systeem wordt aangezet.
(Dit licht betekent dat het antennesysteem correct met de controller communiceert.)
d.
De router aan/uit LED zal constant oplichten als het systeem wordt aangezet.
(Dit licht geeft aan dat de ingebouwde router AAN staat)
e.
De CPU LED zal knipperen als het systeem wordt aangezet.
(Dit licht geeft aan dat de ingebouwde router correct werkt.)
f.
De SAT>IP LED zal tijdelijk knipperen om het operationele kanaal te controleren als de SAT>IP server
wordt aangezet.
(Dit licht zal opnieuw knipperen als de SAT>IP server daadwerkelijk in gebruik is om data naar Smart
devices te streamen.)
2. De satelliet selecteren
a.
Selecteer met de pijltoetsen op de controller de satelliet die u wilt zien en druk op OK.
b.
De Network Identification (NID) check LED zal knipperen en het antenne statusscherm zal "SEARCH-
ING" tonen. Vervolgens zal "CHECKING" op het LCD scherm.
c.
De NID check LED zal constant oplichten zodra de satelliet is gevonden en dan zal "SAT FOUND" op
het LCD verschijnen.
d.
Als de verkeerde satelliet heeft geselecteerd, ga dan met de pijlen naar de juiste satellietnaam en druk
op OK om de nieuwe satelliet te bevestigen.
DUTCH - 8