6.4 Gas aansluiting
Het gas dient te worden aange-
sloten op de desbetreffende
koppeling (zie de afbeelding op
de het voorblad) in overeenste-
mming met de geldende rege-
lgeving, met een stijve metalen
pijp of een flexibele roestvrijstalen
slang uit één stuk, met een gaskr-
aan tussen het systeem en de
geiser. Zorg dat alle gasaansluiti-
ngen goed zijn vastgezet.
InstallationtypeC63
6.5 Elektrische aansluitingen
Dwingend advies
Het apparaat dient goed te worden geaard, in overeenstemming met de veiligheidsvoo-
rschriften. Vraag een erkende elektricien om de effectiviteit en kwaliteit van de aardinstall-
atie te controleren. De fabrikant aanvaardt geen aansprakelijkheid voor schade veroorza-
akt door het niet goed aarden van het apparaat.
De geiser is uitgerust met een netsnoer om op het elektrische netwerk aan te sluiten, Y-typ-
e met een stekker. De voedingskabel voor het apparaat mag niet door de gebruiker wor-
den vervangen. Indien de kabel is beschadigd, dient u het apparaat uit te schakelen en
een erkende installateur in te schakelen om deze te vervangen. Het netsnoer mag alleen
een HAR H05 VV-F kabel zijn van 3x0.75mm2 met een externe diameter van maximaal
8mm.
Uitlaatgassen
Rookgaskanaal
C63 met ventilator
achter de
warmtewisselaar
C
63
2531-19