Als er nog geen gepaarde sensoren zijn, kan er een verbinding met nieuwe
sensoren tot stand worden gebracht door op het plus-teken onderaan het
scherm te tikken.
Na het tikken op het plus-teken worden de beschikbare sensoren binnen
bereik weergegeven.
Lijst met sensoren binnen bereik
Opmerking: een sensor die tijdens de poging niet binnen bereik is wordt niet
in de lijst weergegeven, dus is het paren niet beschikbaar.
In Snelheid/Cadans instellingen geeft het icoon naast de naam van de sensor
de status aan van de verbinding met de sensor.
Tik op een sensor en selecteer dan 'OK' (
) in het pop-up dialoogvenster
om een verbinding tot stand te brengen en selecteer 'Nee' om hem alleen
maar te selecteren.
Tik op een sensor en selecteer dan het vuilnisbakicoon (
) om de sensor
te vergeten.
Het selecteren van een sensor, gevolgd door het tikken op de knop
instellingen knop (
) geeft het instellingenmenu weer. Dit menu bevat
opties voor het wijzigen van de naam van de sensor en het kalibreren
hiervan.
Tik op de naam van de sensor om hem te hernoemen en op de velg-/
wielomtrek om ze in te stellen.
49