Dwars door het detectiebereik lopen. Nadat de bewegings-
melder een beweging heeft gedetecteerd, wordt hij 2 s
ingeschakeld.
Let tijdens de test op de bewegingsrichting.
Test
Bewegingsmelder met sensorkop uitlijnen
De sensorkop kan 45° naar beneden, 90° naar boven en 90°
naar links en rechts worden gedraaid.
90°
6. Afdekkingen gebruiken
De meegeleverde afdekking gebruiken om de bewegings-
melder op het gewenste detektiebereik aan te passen.
Met een tang o.i.d. het gewenste deel van de afdekking
verwijderen.
Daarna op de lens plaatsen en erin draaien.
2 sec
0
2
Sec
90°
45°
7. Instelling
De bewegingsmelder heeft 3 potentiometers aan de onder-
kant om tijd (Min), lichtsterkte (Lux) en gevoeligheid (Meter)
in te stellen.
Lichtsterkte (Lux) instellen
Met de potentiometer lichtsterkte (Lux) kunt u diverse
90°
lichtsterktes instellen.
Als u de vooraf ingestelde lichtsterkte (af fabriek 15 lux) wilt
wijzigen
Potentiometer op de gewenste lichtsterkte (5 – 1000 lux)
instellen.
of met de Teach-in-functie een bepaalde lichtsterkte wilt
inleren
Bij de gewenste lichtsterkte potentiometer op
Na 15 s is de nieuwe waarde ingeleerd.
Potentiometer in deze stand
Tijd (Min) instellen
Als de bewegingsmelder geen beweging meer detecteert,
wordt hij na de ingestelde tijd uitgeschakeld.
Als u de vooraf ingestelde tijd (af fabriek 2 min) wilt wijzigen
Potentiometer op de gewenste tijd (1 s – 20 min) instellen.
Als u de impulsfunctie (bijv. voor een traplichttijdschakelaar)
wilt gebruiken
15 Lux
15 Lux
10 Lux
50 Lux
7 Lux
5 Lux
teach-in
laten staan.
2 min
2 min
1 min
5 min
30 s
1 s
test
100 Lux
500 Lux
1000 Lux
zetten.
10 min
15 min
20 min
3