18 - Energiebeheer
Deze computer heeft een ingebouwde energiebeheereenheid die de systeemactiviteit
controleert. Onder systeemactiviteit valt activiteit van één of meer van de volgende
apparaten: toetsenbord, muis, harde schijf, randapparatuur aangesloten op de computer
en videogeheugen. Wanneer er geen activiteit gedetecteerd wordt gedurende een
bepaalde periode, schakelt de computer enkele of alle apparaten uit om energie te
besparen.
Energie besparen
Snel opstarten uitschakelen
Uw computer gebruikt Snel opstarten om een snelle opstart te maken, maar gebruikt ook
een kleine hoeveelheid energie om op signalen voor opstart te controleren. Deze
controles verbruiken extra energie.
Wanneer u de energiebehoeften van uw computer en de schade voor het milieu wilt
beperken, dient u Snel opstarten uit te schakelen:
Opmerking
Wanneer Snel opstarten uitgeschakeld is, zal de computer meer tijd gebruiken om op te starten
vanuit de [Sleep] (Slaapstand).
Uw computer zal evenmin opstarten wanneer deze een instructie voor opstarten ontvangt via een
netwerk (Wake on LAN).
1. Druk op de
vervolgens [Settings] (Instellingen) > [System] (Systeem) > [Power &
sleep] (Energie en slaapstand).
2. Selecteer [Choose what the power buttons do] (Het gedrag van de
aan/uit-knoppen bepalen).
3. Selecteer [Change settings that are currently unavailable]
(Instellingen wijzigen die momenteel niet beschikbaar zijn).
E
N E R G I E B E H E E R
Windows-toets
of gebruik de
knop Windows [Start] (Start)
en kies