A a n d e s l a g
■ Antenne
Uw apparaat heeft een interne antenne.
Opmerking: Zoals voor alle andere
radiozendapparatuur geldt, dient
onnodig contact met de antenne te
worden vermeden als het apparaat is
ingeschakeld. Het aanraken van de
antenne kan een nadelige invloed
hebben op de gesprekskwaliteit en kan
ervoor zorgen dat het apparaat meer
stroom verbruikt dan noodzakelijk is. U
kunt de prestaties van de antenne en de
levensduur van de batterij optimaliseren
door het antennegebied niet aan te
raken wanneer u het apparaat gebruikt.
■ Polsbandje
Om het polsbandje onder aan de telefoon te
bevestigen, opent u de achtercover. Haal het bandje
door de opening (1), zoals weergegeven in de
afbeelding. Houd het bandje op zijn plaats en sluit de
achtercover (2).
16