Problemen met papierbehandeling (Vervolg)
Problemen
De machine voert geen papier in
via de multifunctionele lade.
Hoe kan ik enveloppen afdrukken?
Ontvangen faxen afdrukken
Problemen
Tekst te dicht op elkaar
Horizontale strepen
Er ontbreken delen van de
bovenste en onderste zinnen
Ontbrekende lijnen
Verticale zwarte lijnen bij ontvangst De coronadraden voor het afdrukken kunnen vuil zijn. Maak de coronadraden op
Ontvangen faxen zien eruit als
gesplitste of blanco pagina's.
Telefoonlijn of verbindingen
Problemen
Kiezen werkt niet. (Geen kiestoon)
De machine neemt niet op wanneer
er wordt gebeld.
150
Suggesties
Controleer of in de printerdriver MF lade is geselecteerd.
Waaier het papier uit en plaats het goed terug in de lade.
Laad drie enveloppen per keer in de multifunctionele lade. Uw toepassing moet zo
zijn ingesteld dat u het betreffende envelopformaat kunt printen. Dit stelt u meestal
in via het menu pagina-instelling of documentinstelling van uw toepassing (zie de
handleiding bij de toepassing voor meer informatie).
Suggesties
Meestal is dit te wijten aan een slechte telefoonlijn. Maal een kopie; als de kopie
er goed uitziet, was de verbinding waarschijnlijk niet goed en was er statische ruis
op de lijn. Vraag de andere partij om de fax opnieuw te verzenden.
de drumeenheid schoon (zie De coronadraden reinigen uu pagina 112).
De scanner van de verzender kan verontreinigd zijn. Vraag de verzender om een
kopie te maken om te zien of het probleem bij de verzendende machine ligt.
Probeer een fax van een andere faxmachine te ontvangen.
De linker- en rechtermarge zijn afgebroken of een enkele pagina wordt afgedrukt
op twee pagina's (zie Papierformaat uu pagina 33).
Schakel de automatische verkleining in (uu Geavanceerde
gebruikershandleiding).
Suggesties
Controleer alle aangesloten snoeren. Controleer of het telefoonsnoer rechtstreeks
in de telefoonwandaansluiting en in de aansluiting LINE van de machine is
gestoken.
Wijzig de instelling voor Toon/Puls (uu Geavanceerde gebruikershandleiding).
(voor Nederland)
Als er een externe telefoon is aangesloten op de machine, stuurt u een
handmatige fax door de hoorn van de externe telefoon op te nemen en het
nummer te kiezen met behulp van de externe telefoon. Wacht tot u de
faxontvangsttonen hoort en druk dan op Fax start.
Als er geen kiestoon is, sluit u een werkende telefoon en telefoonsnoer
rechtstreeks aan op de hoofdtelefoonwandaansluiting. Pak vervolgens de hoorn
van een externe telefoon op en luister of u een kiestoon hoort. Als er nog steeds
geen kiestoon is, vraag dan uw telefoonbedrijf om de lijn en de wandcontactdoos
te controleren.
Controleer of de machine in de juiste ontvangstmodus staat voor uw instelling
(zie Instellingen ontvangstmodus uu pagina 49).
Controleer of er een kiestoon hoorbaar is. Bel, indien mogelijk, uw machine om te
horen wat er gebeurt. Neemt uw faxmachine niet op, controleer dan de aansluiting
van het telefoonsnoer. Als u de telefoon niet hoort overgaan wanneer u de
machine belt, vraagt u uw telefoonbedrijf om de lijn te controleren.