Anderson Greenwood Serie 800 POSrV
Handleiding voor installatie en onderHoud
5 AfsLuItersAMensteLLInG testen
5.1 Algemeen
De gehele afsluitersamenstelling dient te
worden getest op interne en externe lekkage
en om de insteldruk te controleren met gebruik
van een testopstelling die vergelijkbaar is
met de opstelling die in figuur 8, 9 of 10 wordt
weergegeven. Als testmedium dient lucht te
worden gebruikt.
wAArsChuwInG
Test de afsluiters die op vloeistof werken niet met
water of andere vloeibare testmedia. Afsluiters
die op vloeistof werken, dienen volgens de
onderbeschreven procedures te worden getest
met lucht als testmedium. Het testen van volledig
gemonteerde afsluiters die op vloeistof werken,
met gebruik van lucht zorgt ervoor dat geen
water of andere vloeistoffen in de koepel van de
hoofdafsluiter achterblijven na de laatste test
van de afsluiter.
5.2 Controle op lekkage met gebruik van
lage druk
opmerking: pas op afsluiters met een
iso-Dome-piloot een toevoerdruk van de
regelaar toe die minimaal 200 psi hoger is
dan 92% van de insteldruk.
5.2.1 Op gas werkende afsluiter
Verhoog de toevoerdruk geleidelijk tot 30% van
de insteldruk. Controleer bij de uitlaat van de
hoofdafsluiter op lekkage van de nozzle van de
hoofdafsluiter, de zitting en de zuigerafdichting.
Voor het plaatsen van de afsluiterzitting en de
zuigerafdichting, kan het nodig zijn de afsluiter
verschillende keren te activeren. Gedurende
15 seconden mag zich geen lekkage voordoen.
5.2.2 Op vloeistof werkende afsluiter
Verhoog de toevoerdruk geleidelijk tot 30% van
de insteldruk. Controleer bij de uitlaat van de
hoofdafsluiter op lekkage van de nozzle van de
hoofdafsluiter, de zitting en de zuigerafdichting.
Voor het plaatsen van de afsluiterzitting en de
zuigerafdichting, kan het nodig zijn de afsluiter
verschillende keren te activeren. Gedurende
15 seconden mag zich geen lekkage voordoen.
Als bij de uitlaat van de afsluiter lekkage wordt
waargenomen, controleer dan de lekkage van
het aantal bellen in 15 seconden, en verwijder
de lektestapparatuur uit de uitlaatflens.
Gebruik met toepassing van dezelfde
toevoerdruk op de inlaat van de afsluiter, een
bellentest voor lekdetectie om de lekkage door
de uitlaat van de piloot te meten. Lekkage
bij lage druk is acceptabel als de lekkage bij
de uitlaat van de hoofdafsluiter gelijk is aan
de lekkage bij de uitlaat van de piloot en als
de lekwaarde niet meer is dan 15 bellen in
15 seconden.
5.3 Controle op lekkage met gebruik van
hoge druk
opmerking: pas op afsluiters met een
iso-Dome-piloot een toevoerdruk van de
regelaar toe die minimaal 200 psi hoger is
dan 92% van de insteldruk.
5.3.1 Op gas werkende afsluiter
Oefen een toevoerdruk uit op de inlaat die gelijk
is aan 90% van de insteldruk. Controleer op
lekkage van de uitlaat van de hoofdafsluiter.
Controleer met gebruik van een geschikte
oplossing voor de detectie van gas- of
luchtlekken de afdichting van de kap en andere
drukverbindingen op lekkage. Gedurende
één minuut dient zich geen lekkage bij de
uitlaat van de afsluiter voor te doen en dient
geen zichtbare lekkage bij de afdichting van
de afsluiter of andere drukverbindingen te
worden waargenomen.
5.3.2 Op vloeistof werkende afsluiter
Oefen een toevoerdruk uit op de inlaat die gelijk
is aan 90% van de insteldruk. Controleer op
lekkage van de uitlaat van de hoofdafsluiter.
Controleer met gebruik van een geschikte
oplossing voor de detectie van gas- en
luchtlekken de afdichting van de kap en andere
drukverbindingen op lekkage. Gedurende
één minuut dient zich geen lekkage bij de
uitlaat van de afsluiter voor te doen en dient
geen zichtbare lekkage bij de afdichting van
de afsluiter of andere drukverbindingen te
worden waargenomen. Als bij de uitlaat van
de afsluiter lekkage wordt waargenomen,
controleer dan de lekkage van het aantal bellen
in 1 minuut, en verwijder de lektestapparatuur
uit de uitlaatflens. Gebruik met toepassing
van dezelfde toevoerdruk op de inlaat van de
afsluiter, een bellentest voor lekdetectie om
de lekkage door de uitlaat van de piloot te
meten. Lekkage bij hoge druk is acceptabel als
de lekkage bij de uitlaat van de hoofdafsluiter
gelijk is aan de lekkage bij de uitlaat van de
piloot en als de lekwaarde niet meer is dan
60 bellen in 1 minuut.
Als een tegendruk is gespecificeerd, worden
de benedenstroomse verbindingen of
uitlaatverbindingen die aan de tegendruk
worden blootgesteld, getest bij 1.5 keer de
gespecificeerde tegendruk, en worden alle
mechanische verbindingen die op die manier
onder druk worden gezet, gecontroleerd
op lekken. Met gebruik van een geschikte
oplossing voor de detectie van gas- en
luchtlekken, mogen gedurende 1 minuut
geen lekken worden waargenomen.
14