Bedieningshandleiding
FUNCTIETESTS
Functieschakelaar testen
16 Houd de functieschakelaar op de joystick niet
ingedrukt.
17 Verplaats de joystick langzaam in de richting
die wordt aangegeven door de blauwe pijl en
vervolgens in de richting die wordt aangegeven
door de gele pijl.
Resultaat: Geen enkele functie mag in werking
treden.
Op/neer-functies testen
18 Druk de heffunctie-keuzeknop in.
19 Druk de functieschakelaar op
de joystick in en houd deze
ingedrukt.
20 Verplaats de joystick langzaam in de richting
die wordt aangegeven door de blauwe pijl.
Resultaat: Het platform gaat omhoog. De
pothole-beschermingen dienen in werking te
treden.
21 Laat de joystick los.
Resultaat: Het platform gaat niet verder
omhoog.
22 Druk de functieschakelaar in en houd deze
ingedrukt. Verplaats de joystick langzaam in de
richting die wordt aangegeven door de gele pijl.
Resultaat: Het platform gaat omlaag. Het
daalalarm dient te klinken terwijl het platform
omlaaggaat.
18
Stuurinrichting testen
Opmerking: Ga voor de uitvoering van de stuur- en
rijfunctietests op het platform staan en kijk naar de
voorzijde van de machine.
23 Druk de rijfunctie-
keuzeschakelaar in.
24 Druk de functieschakelaar op de
joystick in en houd deze
ingedrukt.
25 Druk de duimschakelaar op de joystick in de
richting die wordt aangegeven door de blauwe
driehoek op het bedieningspaneel.
Resultaat: De stuurwielen dienen in de richting
te draaien waarin de blauwe driehoek op het
bedieningspaneel wijst.
26 Druk de duimschakelaar in de richting die wordt
aangegeven door de gele driehoek op het
bedieningspaneel.
Resultaat: De stuurwielen dienen in de richting
te draaien waarin de gele driehoek op het
bedieningspaneel wijst.
GS-2032 • GS-2632
Vierde uitgave • Derde druk
Onderdeelnr. 1000034DU