Inhoudsopgave
Advertenties
Bedieningshandleiding
Bedienpaneel met noodstop
6. Diagnosefuncties
6.1 Diagnosefuncties SD-Interface
Veiligheidsschakelcomponetnen met een kabel voor seriële diagnose
bezitten een seriële ingang en uitgang in plaats van de conventionele
diagnose-uitgang Als deze in serie geschakeld worden, worden zowel
de veiligheidskanalen als de in- en uitgangen van de diagnosekanalen in
serie geschakeld
Maximum 31 veiligheidschakelcomponenten met seriële diagnose
kunnen in serie geschakeld worden Voor de evaluatie van de seriële
diagnose wordt de PROFIBUS Gateway SD-I-DP-V0-2 of de Universal
Gateway SD-I-U- gebruikt Deze SD-Gateway wordt als slave in een
bestaand fieldbussysteem geïntegreerd De diagnosesignalen kunnen op
die manier via een PLC geëvalueerd worden
De nodige software voor de integratie van de SD Gateway kan via www
schmersalcom gedownload worden
De responsedata en de diagnosegegevens worden voor iedere
veiligheidsschakelcomponent in de keten automatisch en permanent in
een ingangsbyte van de PLC geschreven die aan het desbetreffende
toestel is toegewezen
De oproepgegevens voor iedere veiligheidssensor worden telkens via
een uitgangsbyte van de PLC aan de component overgedragen
Als er een communicatiefout tussen de SD-gateway en de
veiligheidsschakelcomponent optreedt, dan behouden de
veiligheidsuitgangen van de veiligheidscomponent hun schakeltoestand
Tabel 3: Overzicht van statussignalen, waarschuwingen en foutmeldingen - SD-variante
Communicatierichtingen:
Oproep byte:
Responsbyte:
Waarschuwings-/foutbyte: van de lokale veiligheidscomponent naar de PLC
Bitnr.
Oproepbyte
Bit 0:
—
Bit 1:
LED G24 rood
Bit 2:
LED G24 groen
Bit 3:
LED signaallamp Pos 2
Bit 4:
LED signaallamp Pos 3
Bit 5:
LED signaallamp Pos 4
Bit 6:
—
Bit 7:
Fout reset
7. Gebruik en onderhoud
7.1 Functietest
De veiligheidsfunctie van de veiligheidsschakelaar moet getest worden
Hierbij moet het volgende gecontroleerd worden:
• Stevige bevestiging van het gemonteerde apparaat
• Juiste uitvoering van de bedrading en de aansluitingen
• Visuele controle op eventuele beschadiging van de bedienorganen en
signalisatie-elementen
• Bij de types van het model -2875 moet na het plaatsen van de
kappen van de (verlichte) drukknoppen de correcte bevestiging en
werking van de knoppen getest worden
7.2 Onderhoud
De werking van de noodstopknop moet op regelmatige basis
gecontroleerd worden
Vereiste voor het onderhoud: we wijzen erop dat de
veiligheidsfunctie minstens een maal per jaar geactiveerd
moet worden als test!
6
Diagnose foutwaarschuwing en fout
Van iedere storing die in de antwoordbyte gemeld wordt, kan uitgebreide
foutinformatie uitgelezen worden
Gedetailleerde informatie over het gebruik van de seriële diagnose vindt
u in de bedieningshandleidingen van de PROFIBUS-Gateway SD-I-
DP-V0-2 en de Universal-Gateway SD-I-U-...
Foutwaarschuwing
Er heeft zich een storing voorgedaan, waardoor de veiligheidsuitgangen
na 30 minuten uitgeschakeld worden De veiligheidsuitgangen blijven
in eerste instantie ingeschakeld Hierdoor kan het proces op een
gecontroleerde manier stopgezet worden Een foutwaarschuwing wordt
verwijderd als de fout-oorzaak opgeheven wordt
Fout
Er heeft zich een storing voorgedaan, waardoor de veiligheidsuitgangen
uitgeschakeld werden De fout wordt gereset, als de oorzaak wegvalt
en bit 7 van de oproepbyte van 1 in 0 wijzigt of de noodstopslagknop
opnieuw bediend wordt Storingen aan de veiligheidsuitgangen worden
pas na de volgende vrijgave gewist, omdat de foutoplossing niet eerder
gedetecteerd kan worden
van de PLC naar de lokale veiligheidscomponent
van de lokale veiligheidscomponent naar de PLC
Antwoordbyte
Diagnose
Foutwaarschuwingen
Veiligheidsuitgang
Storing uitgang Y1
noodstop ingeschakeld
NO contact van
Pos 2
Storing uitgang Y2
NC contact van
Pos 2
Dwarssluiting Y1/Y2
NO contact van
Pos 3
NC contact van
Pos 3
—
NO contact van
Pos 4
Interne storing
Foutwaarschuwing
Communicatiefout tussen veldbus
gateway en SD-Slave
Storing
Bedrijfsspanningsgrens
(vrijgavecontact uitgeschakeld)
Bij een zorgvuldige montage en met inachtneming van de hiervoor
beschreven opmerkingen is slechts een miniem onderhoud vereist In
zware bedrijfsomstandigheden raden wij een regelmatig onderhoud
aan, inclusief de volgende stappen:
• Bevestiging van het bedienpaneel controleren
• Verwijdering van stof en vuil
• Controle van de aansluitingen en kabels
• Bij de types van het model -2875 moet de correcte werking van de
drukknoppen en verlichte drukknoppen getest worden
Beschadigde of defecte componenten moeten onmiddellijk
vervangen worden.
8. Demontage en afvalverwijdering
8.1 Demontage
De veiligheidsschakelaar mag uitsluitend in spanningsloze toestand
gedemonteerd worden
8.2 Afvalverwijdering
De veiligheidscomponent moet op een correcte manier volgens de
geldende nationale voorschriften en wetgevingen afgevoerd worden
NL
Bij de FB-variant van de BDF200-SD/FB worden de beide
diagnosebytes "Foutwaarschuwingen" en "Foutmeldingen"
niet overgedragen
Foutmeldingen
Storing uitgang Y1
Storing uitgang Y2
Dwarssluiting Y1/Y2
Temperatuur te hoog
Fout aan noodstopslagknop
Interne storing
—
—
BDF200-SD
BDF200-FB
Advertenties
Inhoudsopgave
