Advertenties
DFRE-GR-TR
Installatie-instructies
AANPASSING VAN DE OPTIMALE HOEKINSTELLING VOOR KOUDE/WARMTE LUCHT
Bij de standaardcondities varieert de verplaatsing van de lamellen tussen 32º en 80º. Om deze
verplaatsing mogelijk te maken moet de afmeting "B", die we in bijgevoegde afbeelding kunnen zien,
een waarde hebben van 35 mm, waarbij een lamelhoek van 80º wordt bereikt en moet de afmeting
"A" een lengte kleiner dan 20 mm hebben, waarbij een hoek van 32º wordt bereikt.
Om de hoekbeweging van de lamellen te variëren moeten de twee aanslagen worden gebruikt,
gemarkeerd als bouten 1 (Warmte) en 4 (Koude) in het ernaast liggende vlak. Hiervoor moeten
we eerst de bijbehorende borgmoer, gemarkeerd als borgmoer 2 resp. 5, voor warmte en koude,
en de onderste borgmoer op bouten 1 (Warmte), losdraaien. Vervolgens dient de bout die op de
klinknagelmoer vast of los gedraaid te worden, waardoor de slag respectievelijk kleiner of groter
wordt.
De lengte van de bouten ten opzichte van de vaste plaat 3 wordt als maat B gegeven in de
bijgevoegde tekening voor de bouten bij (warmte) en "A" voor de bouten bij (Koude).
In het geval van de bouten 1 (Warmte) worden de afmetingen "B", die moeten worden ingesteld om
de gewenste maximale lamellenhoek te bereiken, in de volgende tabel weergegeven:
Hoek lamellen
32º
"B" (mm)
24
In het geval van de bouten 4 (Koude) worden de afmetingen "A", die moeten worden ingesteld om de
gewenste minimale lamellenhoek te bereiken, in de volgende tabel weergegeven:
Hoek lamellen
32º
"A" (mm)
20
35º
40º
45º
26
27
27
35º
40º
45º
21
22
24
3
50º
55º
60º
28
30
31
50º
55º
60º
25
26
27
65º
70º
75º
32
33
34
65º
70º
75º
28
29
30
80º
35
80º
31
Advertenties
