Storingen die niet op het bedieningselement worden weergegeven
1. Na het inschakelen reageert het systeem niet. Controleer:
• de externe voeding
• de toevoerzekeringen
• zekeringen op de printplaat enz.
2. De compressor start, maar er komt geen zeewater uit de zeewateruitlaat.
Als de zeewaterpomp loopt:
• Controleer of de afsluitkranen geopend zijn.
• Controleer of het zeewaterfilter verstopt is.
• Er zou lucht in de pompkop kunnen zitten, waardoor de pomp niet trans-
porteert. Laat de lucht uit de zeewaterleiding ontsnappen, bijv. door een
ontluchtingsklep na de pomp.
Als de zeewaterpomp niet loopt:
• Controleer de externe voeding naar de zeewaterpomp.
• De pomprotor is evt. door verontreinigingen geblokkeerd. Draai, indien
mogelijk en toegankelijk, de pomprotor vanaf de motorkant met een stuk
gereedschap tot deze vrij loopt.
3. De compressor en zeewaterpomp lopen, maar de verwarmingsmodus en koel-
modus werken beide niet naar tevredenheid.
• Laat de ventilator in de automatische ventilatormodus lopen.
• Controleer de luchtkanalen/ventilator.
• Als de zeewaterdoorstroomsnelheid te laag is, kan in de verwarmingsmo-
dus het zeewater in de condensor bevriezen, het systeem blokkeren en
beschadigen.
• De verwarmingsmodus doet er erg lang over om te starten. Dat is bij zeer
koud zeewater normaal. Als de temperatuur van het zeewater onder ca. 6
°C komt, wordt de effectiviteit van de verwarmingsmodus verlaagd en het
airconditioningsysteem doet er lang over voordat de verwachte warmte
beschikbaar gesteld kan worden.
• Als het vermogen van het systeem na controle van alle bovengenoemde
punten nog steeds ontoereikend is, neem dan contact op met een bevoeg-
de Webasto Marine-dealer.
13