4.2 Adaptief regelgedrag
12. Gebruik de pijltjes ◄ en ► om te
selecteren of de timer al dan niet
moet worden geactiveerd. Druk op
om te bevestigen en de initiële
thermostaatinstelling te
beëindigen. Sla Stap 13 over.
13. Voer uw op het internet
gegenereerde code in. Druk dan op
om de initiële instelling van de
thermostaat af te ronden. Als het
vakje niet is aangevinkt (
hexacode fout.
4.2
Adaptief regelgedrag
De adaptieve functie wordt gebruikt wanneer u schakelt
tussen de economytemperatuur en de comforttemperatuur.
Als de adaptieve functie ingeschakeld is, zal de verwarming
zo starten dat de gevraagde temperatuur op het gespecifi-
ceerde tijdstip wordt bereikt.
Als uw comforttemperatuur bijvoorbeeld is ingesteld op 22 °C
en de comfortperiode om 6:00 uur begint, zal de verwarming
een tijdsduur voor 6 uur starten, zodat uw kamertemperatuur
om 6 uur 22 °C bedraagt. Als de adaptieve functie uitgescha-
keld is, zal de verwarming niet eerder dan om 6 uur starten
en zal het even duren voordat een kamertemperatuur van 22
°C is bereikt.
De adaptieve functie optimaliseert ook het stoppen van de
verwarming wanneer van de comforttemperatuur naar de
economytemperatuur wordt geschakeld.
), is de
- 16 -