Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Installatie; Luchtinlaat; Rookkanaal En Verbindingen; Rookkanaal En Aansluitingen - Nobis A9 V ZENITH Handleiding Voor Installatie, Gebruik En Onderhoud

Inhoudsopgave

Advertenties

Handleiding voor gebruik en onderhoud model "A9V - A9C ZENITH"
3

INSTALLATIE

Alle plaatselijke en nationale wetten en Europese
normen moeten worden nageleefd bij de installatie
en het gebruik van het product.
De montagepositie moet worden gekozen in
functie van de omgeving, de uitstoot en de schoor-
steenpijp. Neem contact op met de plaatselijke in-
stanties om na te gaan of er strengere eisen zijn met
betrekking tot de luchtinlaat voor de verbranding-
slucht, het rookgasafvoersysteem inclusief de schoor-
steenpijp en schoorsteenkap.
De fabrikant wijst elke aansprakelijkheid af in geval
van installaties die niet voldoen aan de geldende
wetgeving, een onjuiste luchtverversing, een
elektrische aansluiting die niet voldoet aan de nor-
men en/of oneigenlijk gebruik van het toestel.
De installatie moet worden uitgevoerd door een
gekwalificeerde technicus, die een verklaring van
overeenstemming moet afgeven aan de koper en
die de volledige verantwoordelijkheid op zich neemt
voor de definitieve installatie en dus voor de goede
werking van het product.
In het bijzonder moet gecontroleerd worden of:
• er een geschikte luchtinlaat is voor de verbranding
en of de rookafvoer conform is met het product
dat is geïnstalleerd;
• andere kachels of geïnstalleerde apparaten geen
onderdruk veroorzaken in de ruimte, waar het pro-
duct is geïnstalleerd (voor luchtdichte apparaten is
maximum 15 Pa onderdruk in de kamer toegestaan);
• er geen rookterugslag in de omgeving is wanneer
het product aanstaat;
• de evacuatie van de rookgassen in totale veili-
gheid wordt verwezenlijkt (dimensionering, rookga-
sdichtheid, afstanden van brandbare materialen ...).
Nadat u hebt besloten waar u het product wilt instal-
leren, moet u controleren:
• als de vloer is gemaakt van brandbaar materiaal
adviseren wij om een bescherming van geschikt ma-
teriaal (staal, glas ...) te gebruiken die ook het voor-
ste deel beschermt tegen het vallen van verbrandin-
gsresten tijdens de reinigingswerkzaamheden;
• de vloer een geschikt draagvermogen garandeert.
Als de bestaande vloer niet aan deze eis voldoet,
moeten passende maatregelen getroffen worden
(bijvoorbeeld een plaat voor de verdeling van het
gewicht).

3.1 LUCHTINLAAT

De installatieruimte voor niet-hermetische apparaten
moet voor zien zijn van geschikte openingen voor de
ventilatie. Besteed bijzondere aandacht aan hun po-
sitie (ze mogen NOOIT verstopt zijn) zodat de integra-
tie van lucht in de omgeving mogelijk is.
De lucht moet direct van buitenaf (niet vanuit ande-
re vertrekken, garages enz.) worden opgenomen en
de nuttige doorsnede van de opening moet minstens
80 cm
zijn voor pelletkachels en thermokachels (EN
2
14785) en 100 cm
2
voor verwarmingsketels (EN 303-5).
De luchtinlaat is niet nodig in het geval van
installatie van hermetische apparaten die de lucht
direct van buiten opnemen. Controleer en
respecteer de ventilatie-eisen voor gelijktijdig ge-
bruik met andere verbrandingsapparaten en in
aanwezigheid van geforceerde ventilatiesystemen
of afzuigkappen (zie deel 6.4 van UNI 10683).

3.2 ROOKKANAAL EN AANSLUITINGEN

Met de term rookkanalen worden de leidingen
bedoeld die het verwarmingstoestel met de schoor-
steenpijp verbinden.
Voor warmtegeneratoren die zijn uitgerust met een
elektrische ventilator voor de uitstoot van de rook-
gassen, moeten de installatie-instructies
van de fabrikant worden gevolgd wat de
maximale lengte en het aantal bochten van de
rookkanalen betreft.
Als er geen maximale waarden worden opgegeven
of waarden die voortvloeien uit een voorafgaande
berekening, volgens UNI EN 13384-1, moeten de
volgende voorschriften worden toegepast:
• neem de productnorm EN1856-2 in acht;
• de horizontale delen moeten
minstens 3% naar boven hellen;
• de lengte van het horizontale deel en de projectie
op de plattegrond mag niet meer dan 4 meter zijn;
• voor apparaten met een rookgasafvoer aan de
achterkant mogen het aantal richtingsveranderin-
gen niet meer dan 3 zijn, inclusief de richtingsveran-
dering voor inzet in de schoorsteenpijp en exclusief
de richtingsverandering ontstaan door het gebruik
van een "T"-element
• de hoeken van de richtingsveranderingen mogen
niet groter dan 90° zijn (bochten van 45° zijn aanbe-
volen);
• de doorsnede of diameter moet constant blijven
vanaf de uitgang van de haard tot aan de fitting
van de schoorsteenpijp;
• het is verboden om flexibele buizen van metaal en
vezel cement te gebruiken. Ze moeten bovendien
de druk kunnen behouden;
• de rookkanalen mogen niet door ruimten
gevoerd worden waar de installatie van verbrandin-
gsapparaten verboden is;
• Gebruik waterdichte leidingen met pakkingen
in silicone.
In ieder geval moeten de rookgaskanalen
tegen de verbrandingsproducten en
condens afgedicht zijn, en ze moeten ook geïsol-
eerd zijn als ze buiten de installatieruimte worden
doorgevoerd.
De montage van apparaten met
handmatige regeling van de trek op apparaten met
geforceerde trek is niet toegestaan.
Het is noodzakelijk dat het eerste verticale deel van
het rookkanaal minstens 1 meter is om een correcte
uitstoot van de rookgassen te garanderen.
7
NEDERLANDS

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Gerelateerde Producten voor Nobis A9 V ZENITH

Deze handleiding is ook geschikt voor:

A9 c zenith

Inhoudsopgave