27. Het hoofd en de kap van de terrasverwarmer worden tijdens het gebruik buitengewoon heet. Schakel het apparaat
altijd uit, neem de stekker uit het stopcontact en laat de verwarmer afkoelen alvorens hem aan te raken, te verplaatsen
of schoon te maken.
28. Gebruik het apparaat niet in opslagplaatsen waar bijtende of explosieve gassen worden opgeslagen of waar er niet
voldoende ventilatie is.
29. Gebruik de terrasverwarmer niet als droogrek.
30. Gebruik de terrasverwarmer niet als saunaverwarming.
31. Gebruik de terrasverwarmer niet als ruimteverwarmer.
32. Gebruik de terrasverwarmer niet in kennels of andere plaatsen waar zich dieren bevinden.
33. Dompel de terrasverwarmer, het snoer of de stekker nooit in water of enige andere vloeistof om deze te reinigen.
34. Dit apparaat dient te worden aangesloten op een stopcontact dat goed zichtbaar en toegankelijk is.
35. Tijdens het opstarten en het opwarmen kunnen er zich 2 donkere punten op de verwarmingselementen vormen.
Dit is normaal en beinvloedt de werking van het toestel niet.
Gebruik:
Steek de stekker in een 13 Amp stopcontact, dat zich op een veilige, droge plaats bevindt.
• Met de schakelaar kunt u de verwarmingssterkte instellen: (I) voor 1500W – (II) voor 3000W.
• Ondanks het feit dat het apparaat spatwaterdicht is dient u voorzichtig te zijn met water.
Stel het niet bloot aan regen of gebruik het niet in vochtige ruimtes.
• Neem de stekker uit het stopcontact als u de terrasverwarmer niet meer gebruikt.
Reiniging en onderhoud:
• Voordat u de terrasverwarmer reinigt, altijd de stekker uit het stopcontact nemen en het apparaat laten afkoelen.
De buitenzijde van de terrasverwarmer kunt u reinigen met een schone, zachte, niet-pluizende doek of zachte
borstel. Gebruik geen agressieve schoonmaakmiddelen, schuursponsjes of –borstels en geen chemische
reinigingsmiddelen. Dompel stekker, snoer of welk deel van het apparaat dan ook nooit in water of enige
andere vloeistof.
• Het vervangen van de lamp dient door een erkend elektricien of een daartoe aangewezen servicepunt te gebeuren,
om de veiligheid te waarborgen.
6