Draadloze besturingseenheid 1 - 10 V enkelvoudig Mini
Opdimhelling
Afdimhelling
Nalooptijd
Handmatig uitschakelen van
de nalooptijd
Bedrijfsuren
32581022
10864976
0 s...24 h
Basisinstelling: 0 s
0 s...24 h
Basisinstelling: 0 s
0 s...24 h
Basisinstelling: 0 s
Aan, uit
Basisinstelling: uit
0...65535
Basisinstelling: actuele waar-
de
29.03.2017
Tijdsperiode van inschakelen
tot het bereiken van de
inschakellichtsterkte. Het licht
wordt op minimale lichtsterkte
ingeschakeld en dan tot de
inschakellichtsterkte gedimd.
Geldt alleen bij inschakelen
met zenders (korte bediening).
Bij het activeren van scena-
rio's of bij het schakelen met
logische bouwstenen wordt de
inschakellichtsterkte met het
zogenaamde softdimmen (niet
parametreerbaar) ingenomen.
Tijdsperiode tot het bereiken
van de minimale lichtsterkte.
Het licht wordt op minimale
lichtsterkte gedimd en dan uit-
geschakeld.
Geldt alleen bij uitschakelen
met zenders (korte bediening).
Bij het oproepen van scènes
of bij het schakelen met logi-
sche bouwstenen wordt direct
uitgeschakeld.
Zodra een nalooptijd is inge-
steld, blijft de actor niet meer
permanent ingeschakled,
maar alleen gedurende de
nalooptijd. De nalooptijd wordt
bij een nieuwe bediening
opnieuw gestart. Deze para-
meter staat in directe verbin-
ding met de parameter "hand-
matig uitschakelen van de
nalooptijd".
Opmerking: De ingestelde tijd
geldt bij bediening via een
radiografische zender. Bij
bediening van de knop Prog
wordt direct geschakeld.
Maakt het handmatig uitscha-
kelen van een lopende
nalooptijd mogelijk. Wanneer
de parameter is uitgeschakeld,
heeft een uitschakelcomman-
do ook inschakelen van de
actor tot gevolg. Alleen zicht-
baar wanneer een nalooptijd
werd ingesteld.
Geteld wordt de tijd, waarin de
last fysiek is ingeschakeld.
Deze parameter kan bijv. na
het vervangen van de last
weer op "0" worden gezet.
Met de knop Resetten wordt
de teller weer op "0" gezet.
Om de verandering over te
nemen, moet het apparaat
worden geprogrammeerd.
8/13