Inhoudsopgave
Advertenties
pas volledig. Als u bovendien extra brandstof in het vuur wilt werpen, dient u
de deur pas te openen wanneer er slechts gloeiende sintels over zijn, d.w.z.
geen zichtbare vlammen.
13. De oppervlaktes, inspectieramen en hendels kunnen in verwarmingmodus
zeer heet worden. Waarschuw kinderen over deze gevaren en houd hen uit
de buurt van de verwarmde houtkachel.
14. Zorg ervoor dat u de asbak er altijd volledig insteekt. Het is belangrijk nooit
heet as uit de houtkachel te verwijderen (brandgevaar).
15. De luchtstroom van de schoorsteen kan in overgangsperioden minder
krachtig raken, wat tot een onvolmaakte aanzuiging van het rookkanaalgas
leidt. Vul de houtkachel in deze gevallen met kleinere hoeveelheden
brandstof, bij voorkeur houtspaanders of houtwol en stel het voorzichtig in
bedrijf aan de hand van de luchtstroomstabilisatie van de schoorsteen.
Houd het vuurrooster altijd schoon.
16. Wij raden aan de houtkachel door een expert te laten inspecteren nadat het
koude seizoen is afgelopen. Het is tevens raadzaam het rookkanaal en de
pijpen te reinigen.
17. Indien reparatie of speciaal onderhoud is vereist, neem dan a.u.b. bijtijds
contact op met uw dealer en vermeld nauwkeurig het artikel- en
serienummer. Uitsluitend originele Wamsler onderdelen mogen worden
gebruikt.
18. Omdat de lucht vereist voor het branden uit de kamer wordt getrokken waar
de houtkachel is geïnstalleerd, dient u voor voldoende luchttoevoer te
zorgen via de openingen van ramen en externe deuren. Zorg ervoor dat er 4
3
lucht wordt verstrekt voor elke kW nominale prestatie. Dit betekent voor
m
deze houtkachel dat het kamervolume minstens 32 m moet zijn. Als de
kamer kleiner is, kunt u voor voldoende luchttoevoer zorgen door
luchtverbindingen met andere kamers te maken die voorzien zijn van
luchtopeningen (minstens 150 cm
19. Zorg ervoor gepaste afstanden tussen de zij- en achterkant van de
houtkachel en ontbrandbare onderdelen en materialen. De geassocieerde
waarden staan vermeld in deze gebruikshandleiding of op het modelplaatje.
20. De brandhaard mag niet worden gemodificeerd.
21. Aansluiting van de brandhaard op de schoorsteen is niet toegestaan als de
effectieve hoogte van de schoorsteen minder is dan 4 m, of 5 m met
meerdere belastingen. Er mogen maximaal twee andere brandhaarden of
kachels worden aangesloten op de schoorsteen waarmee deze brandhaard
is verbonden.
22. In het geval van een schoorsteenbrand, dient u onmiddellijk alle openingen
van de houtkachel te sluiten en de brandweer te bellen. Laat de
schoorsteen hierna altijd door een expert inspecteren.
2
).
Advertenties
Inhoudsopgave
