Bedieningshandleiding
Voetschakelaars
4. Elektrische aansluiting
4.1 Algemene opmerkingen betreffende de elektrische aansluiting
De elektrische aansluiting mag uitsluitend in spanningslo-
ze toestand door gemachtigd en gekwalificeerd personeel
uitgevoerd worden.
Bij varianten met kabelwartels bevinden de contactmarkeringen zich
aan de binnenkant van de schakelaar. Voor de kabelinvoer moeten de
meegeleverde kabelwartels gebruikt worden. De correcte plaatsing van
de kabels in de aansluitrumte moet gegarandeerd zijn. Na de bedrading
moet het binnenwerk van de schakelaar gereinigd worden (bijv.
verwijderen van kabelresten), omdat de aanwezigheid van vreemde
deeltjes het schakelgedrag kan beïnvloeden.
4.2 Contactvarianten
De contacten worden getoond in onbediende toestand.
NKF1
OR
YE
BN
RD
BN
RD
NKF1-10
NKF1-20
NKF2
Links
Rechts
OR
YE
BN
RD
NKF2-10/10
Links
Rechts
GN
BU
RD
YE
BN
OR
NKF2-1PW/1PW
NKF3
Links
OR
YE
BN
NKF3-10/10/10
Links
WH
BK
BN
GN
BU
OR
NKF3-20/20/20
Links
WH
VT
BU
GN
BN
NKF3-1PW/1PW/1PW
Legende kleurencode
Code Kleur
Code Kleur
BK
zwart
GN
groen
BN
bruin
GY
grijs
BU
blauw
OF
oranje
BU
OR
GN
OR
RD
BN
BN
NKF1-1PW
NKF1-2PW
Links
Rechts
VT
GY
BN
OR
YE
GN
NKF2-20/20
Links
Rechts
BK
BN/WH
BU
BN
OR
WH
RD/WH
RD
GN
VT
NKF2-2PW/2PW
Midden
Rechts
RD
GN
BU
Midden
Rechts
RD
VT
GY
YE
BN/WH
RD/WH
Midden
Rechts
BN/WH
RD
OR
Code Kleur
Code Kleur
RD
rood
YE
geel
VT
paars
WH
wit
5. Gebruik en onderhoud
5.1 Functietest
De veiligheidsfunctie van het toestel moet getest worden. Hierbij moet
vooraf het volgende gegarandeerd zijn:
1. Juiste uitvoering van de wartelinvoer en de aansluitingen
2. Eventuele schade aan de behuizing van de schakelaar
3. Controle van de werking van de schakelaar door bediening van
de voetschakelaar
5.2 Onderhoud
De werking (schakelcyclus) van de voetschakelaar moet op regelmatige
basis gecontroleerd worden. Eventuele vuilresten die zich onder het
voetpedaal opgehoopt hebben, moeten verwijderd worden.
Wij raden een regelmatige visuele inspectie en functietest aan, inclusief
de volgende stappen:
• Eventuele beschadiging van de behuizing van de schakelaar
• Controle van de kabelinvoer en de kabelaansluiting
Beschadigde of defecte componenten moeten onmiddellijk
vervangen worden.
YE
6. Demontage en afvalverwijdering
RD
6.1 Demontage
De component mag uitsluitend in spanningsloze toestand
gedemonteerd worden.
6.2 Afvalverwijdering
De component moet op een correcte manier volgens de geldende
RD
nationale voorschriften en wetgevingen afgevoerd worden.
BU
YE
GY
YE
NL
NKF
3