OMSCHRIJVING VAN ONDERDELEN EN
ACCESSOIRES
1. Aan/uit schakelpedaal
2. Knop voor zuigkrachtregeling
3. Pedaal voor oprollen snoer
4. Indicator volle stofzak
5. Slang
6. Telescoopbuis
7. Slangaansluiting
8. Combiborstel
9. Vergrendelklem stofzakcompartiment
10. Vloerborstel
BEDIENINGSWIJZE
1. Koppel de accessoires van de slang
aan: Druk de verende knoppen aan
beide zijden van het uiteinde van de
slang in en schuif dan de slang in de
slangaansluiting op de stofzuiger.
2. Koppel de telescopische buis aan op
het gebogen eind van de slang. Koppel
één van de hulpstukken/vloerborstels
aan het uiteinde van de buis voor
verschillende schoonmaakdoeleinden.
De vloerborstel heeft twee standen, één
voor gladde/harde oppervlakken en
één voor zachte/textieloppervlakken –
Kies de juiste stand.
3. Het apparaat inschakelen: Pak de
stekker vast en trek het snoer uit het
apparaat, en steek dan de stekker in
het stopcontact. Controleer dat de
stroomvoorziening overeenkomt met de
benodigde spanning die aangegeven
staat op het etiket. Druk op het aan/
uitschakelpedaal om het apparaat in
te schakelen. Pas het zuigkrachtniveau
aan afhankelijk van het te reinigen
oppervlak.
4. Zet het apparaat uit: Druk na gebruik
op het aan/uit schakelpedaal en het
apparaat is uitgeschakeld. Haal de
stekker uit het stopcontact en druk op
de snoerwikkelaar om de voedingskabel
op te rollen.
5. Om het apparaat naar een andere
kamer te verplaatsen moet u de
stekker uit het stopcontact halen en
het apparaat aan de handgreep
meedragen. Verplaats het apparaat
nooit door aan het snoer te trekken.
6. Tip: Als u de zuigkracht vermindert,
kunt u de vloerborstel makkelijker van
de vloer tillen. Stel de zuigkracht in op
het minimum als u meubels zuigt, op
medium om vloerbedekking of harde
vloeren schoon zuigt. Gebruik alleen de
maximale zuigkracht op harde vloeren
in combinatie met de borstel voor harde
vloeren.
ONDERHOUD
Wanneer de indicator voor de volle
stofzak rood wordt dient de stofzak
geleegd te worden of vervangen te
worden door een nieuwe stofzak. Volg
hiervoor de volgende aanwijzingen:
a) Open het stofzakcompartiment door
de vergrendelknop in te drukken.
b) Verwijder de stofzak.
c) De volle zak weggooien.
Haal dan een nieuwe, stop deze in de
zakhouder en doe deze in de gleuf van
het compartiment.
d) Sluit het stofzakcompartiment.
OPMERKING:
1. De voorklep kan niet gesloten worden
tenzij de stofzak op de juiste positie
geïnstalleerd is.
2. De motorbeschermingsfilter (A)
dient twee keer per jaar, of wanneer
het duidelijk zichtbaar verstopt is,
schoongemaakt te worden. Als het filter
beschadigd is, dan dient er een nieuwe
filter in gedaan te worden.
- 8 -