•
Sluit de kabels aan volgens de lokale installatie wetgeving en voorschriften.
De DC-ingangsvoedingskabel en de signaalkabel tussen de batterij en de omvormer mogen
•
maximaal 10 m lang zijn.
Bereid de kabels voor op basis van de vereisten voor de locatie.
Nr.
Kabel
1
Aardingskabel
2
DC-ingangskabel
(omvormer naar batterij
en batterij naar batterij)
3
Signaalkabel (omvormer
naar batterij en batterij
naar batterij)
Kabels uit de kabelopening leiden
4.2
Een aardingskabel installeren
4.3
Aard een aardingspunt van de vermogensregelmodule.
•
•
Breng na het aansluiten van de aardingskabel silicagel of verf rondom de aardaansluiting aan.
Type
Eenaderige kabel met
koperen ader voor
buitengebruik
Standaard PV-buitenkabel in
de branche
Afgeschermde getwiste
kabel met twee kernen voor
buitengebruik (8-aderig)
Vermogensregelmodule
Bereik
dwarsdoorsnede
geleider
10 mm
4–6 mm
0,20-1 mm
Voordat u externe kabels aansluit, moet
u de kabels door de kabelopening leiden
om te voorkomen dat deze na de
installatie losraken.
13
Buitendiameter
2
-
2
5,5-9 mm
2
6,2-7 mm