Inhoudsopgave
Advertenties
4.4 Brandstof en plaatsing
De haard mag enkel door een gebruiker
met kennis van het toestel, met de
geschikte
pellet
(brandstofvoorwaarden
technische documentatie) en in een
aangepaste droge verwarmingsruimte/
plaatsingsruimte gebruikt worden.
De brandstofopslagplaats moet ook droog
zijn en voldoen aan de specifieke
brandstofvoorwaarden (zie inrichting van
de opslagplaats). De verwarmingsruimte,
plaatsingsruimte en opslagplaats van de
brandstof
moeten
geldende bouw- veiligheids-voorschriften
(brandbeveiligingsvoorschriften).
4.5 Vereisten van de
schoorsteen voor
verwarmingstoestellen
De gebruiker moet het schoorsteenkanaal
vrijmaken
(geen
verstoppingen). Hij moet voor een goede
verluchting zorgen (voldoende verse
lucht)
in
de
plaatsingsruimte. Eventuele bestaande
gebreken
of
veranderingen
schoorsteen,
rookpijp
verwarmingstoestel moeten aangegeven
worden. Het is aan te raden een bevoegde
schoorsteenveger
bij
inbedrijfstelling van uw toestel, indien
niet mogelijk dan moet de instalateur bij
de eerste ingebruiksname aanwezig zijn.
Door de lage temperaturen van de
rookuitlaatgassen
overgangsperiode moet de schoorsteen
volledig vochtvrij en luchtdicht zijn.
De
uitlaatrook
en
ongehinderd in de vrije lucht kunnen
ontsnappen.
Saey Kali Mini CV
vullen
conform
de
voldoen
aan
de
afdekkingen
of
verwarmings-
of
aan
de
of
aan
het
de
eerste
tijdens
de
–gassen
moeten
4.6 Regelmatige reiniging en
onderhoud van het
toestel
Elk verwarmingstoestel of elke haard,
met
inbegrip
van
systeemonderdelen (bvb. Schoorsteen,
rookpijp,
beveiligingssystemen)
onderworpen zijn aan een regelmatige
reiniging
en
onderhoud.
noodzakelijk voor een goede werking en
een hoog rendement. Gelieve hierbij de
reinigings- en onderhoudsvoorschriften in
de handleiding in acht te nemen. Enkel
een propere en goed ingestelde ketel is
een
economische
verbrandingsafzetting van slechts 1 mm
op
het
warmtewisselende
verhoogt
het
brandstofverbruik
ongeveer 7%.
4.7 Volg de juiste
montagestappen
Volg de juiste montagestappen in deze
handleiding. Voor de inbedrijfstelling
moet het verwarmingstoestel correct
gevuld
worden
warmteafvoerende medium (water of
antivries)
en
de
distributiekanalen moet aangepast zijn..
Vooraleer het toestel in werking mag
worden gesteld.
alle
verbonden
toevoersysteem,
moeten
Dit
is
ketel.
Een
oppervlak
met
met
het
druk
in
de
12
Advertenties
Inhoudsopgave
