Funkmanagement
Radiografische opbouwdimmer Universeel
(5) Nevenaansluiting 2-draads
Afbeelding 5: Aansluitschema dimmer met installatiedrukknop
(6) Installatiedrukknop
i Verlichte installatiedrukknoppen moeten over een afzonderlijke N-klem beschikken.
o
Dimmer conform bijbehorende aansluitschema (afbeelding 3), (afbeelding 4) of (afbeel-
ding 5) aansluiten.
o
Antenne zo mogelijk vrij gestrekt installeren.
i Kabelaanbeveling voor effectieve trekontlasting: H05VV-F 3G 1,5
o
Netspanning inschakelen
De dimmer schakelt het bij de last passende dimprincipe in.
i Door kort indrukken van de programmeerknop (3), ca. 1 seconde, kan de last worden in- of
uitgeschakeld.
5.2 Inbedrijfname
i Handleiding van de radiografische zender aanhouden.
GEVAAR!
Elektrische schok bij aanraken van onderdelen die onder spanning staan.
Elektrische schokken kunnen dodelijk letsel tot gevolg hebben.
Voordat werkzaamheden aan het apparaat worden uitgevoerd, moeten span-
ningvoerende delen in de omgeving worden afgedekt!
Radiografische zender inleren
i Wanneer alle geheugenplaatsen zijn bezet, dan moet eerst een al ingeleerde radiografi-
sche zender worden gewist. Daarvoor alle ingeleerde kanalen en lichtscenario's van de ra-
diografische zender afzonderlijk wissen.
De afstand tussen ontvanger en radiografische zender is 0,5 tot 5 m.
De last is uitgeschakeld.
o
De programmeerknop ca. 4 seconden indrukken.
De LED knippert. Het apparaat bevindt zich gedurende ca. 1 minuut in de programmeer-
modus.
o
Leertelegram aan radiografische zender activeren (zie handleiding radiografische zender).
De LED brandt. De radiografische zender is ingeleerd.
32531833
J:0082531823
5/8
27.07.2010