Belangrijke veiligheidsaanwijzingen
Het gebruik van het apparaat wordt afgeraden wanneer u een pacemaker of andere geïm-
planteerde apparaten hebt. Volg met betrekking hiertoe het advies van uw arts op.
Gebruik het apparaat niet in combinatie met een defibrillator.
•
• Gebruik het apparaat niet tijdens een MRI-onderzoek.
• Stel het apparaat niet bloot aan statische elektriciteit. Zorg voordat u het apparaat ge-
bruikt dat u zelf niet statisch geladen bent. *
• Dompel het apparaat niet onder in water of andere vloeistoffen. Reinig het apparaat niet
met aceton of een andere vluchtige oplossing. Reinig het apparaat met een doek die is
bevochtigd met water of een mild reinigingsmiddel. Droog het apparaat vervolgens met
een droge doek af.
• Plaats het apparaat niet in drukvaten of in gassterilisatoren.
• Laat het apparaat niet vallen, ga er niet op staan en schud er niet mee.
• Haal het apparaat niet uit elkaar. Dit kan namelijk leiden tot beschadigingen, storingen of
een onjuiste werking.
• Gebruik het apparaat niet bij personen met een gevoelige huid of allergieën.
• Dit apparaat mag niet worden gebruikt door personen (waaronder kinderen) met beperkte
fysieke, zintuiglijke of geestelijke vermogens of gebrek aan ervaring of kennis. Gebruik door
deze personen is alleen toegestaan wanneer het plaatsvindt onder toezicht van een voor
hun veiligheid verantwoordelijke persoon, of wanneer zij van deze persoon aanwijzingen
hebben ontvangen over het gebruik van het apparaat. Er dient toezicht te worden gehouden
op kinderen, zodat zij niet met het apparaat spelen.
• Dit apparaat is niet toegelaten voor gebruik bij kinderen met een gewicht van minder dan
10 kg.
• De elektroden van het apparaat mogen niet in aanraking komen met andere elektrisch
geleidende onderdelen (inclusief aarde).
• Bewaar het apparaat niet in de volgende omgevingen: plekken die zijn blootgesteld aan
direct zonlicht, hoge temperaturen, vocht of sterke vervuiling, plekken in de buurt van
water of vuur en plekken die zijn blootgesteld aan hoge elektromagnetische stralingen.
* Statische elektriciteit kan schade veroorzaken aan de elektronische componenten. Om elek-
trostatische schade aan het apparaat tegen te gaan, mag het lichaam niet statisch geladen zijn
als het apparaat wordt gebruikt. Bij het aanraken van geaarde voorwerpen of apparaten wordt
de opgebouwde energie ontladen, wat leidt tot elektrostatische ontlading.
6