Sluimerfunctie (SLEEP) instellen
• De sluimerfunctie kan alleen in de bedrijfsmodus KOELEN
worden ingesteld.
1. Druk op de SLEEP-toets (23) op de afstandsbediening.
– Het apparaat bevindt zich in de SLEEP-modus.
– De temperatuur wordt na een uur met 1 °C verlaagd. Na
nog een uur wordt de gewenste temperatuur automatisch
met nog een graad verlaagd. Daarna wijzigt de
instelwaarde niet meer, de toegestane maximale waarde is
30 °C.
– De vooringestelde ventilatorsnelheid blijft gehandhaafd.
2. Druk opnieuw op de SLEEP-knop (23), om de sleep-modus te
beëindigen.
– Het apparaat draait weer in de bedrijfsmodus KOELEN met
de eerder ingestelde gewenste waarde.
Toetsenblokkering van de afstandsbediening instellen
1. Druk tegelijk op de plus- (20) en min-toets (25), om de
toetsenblokkering (kinderbeveiliging) te activeren.
– De indicatie lock (32) brandt.
2. Druk opnieuw tegelijk op de plus- (20) en min-toets (25), om
de toetsenblokkering te deactiveren.
– De indicatie lock (32) gaat uit.
Omschakeling tussen °C en °F
• U kunt tussen °C en °F omschakelen, door in uitgeschakelde
toestand tegelijk op de MODUS (19)- en de min-toets (25) te
drukken.
Buiten gebruik stellen
1. Schakel het apparaat uit met de ON/OFF-toets (17 of 26).
2. Trek de netstekker uit het stopcontact.
3. Reinig het apparaat en vooral het luchtfilter volgens
hoofdstuk Onderhoud.
4. Laat het resterende condens uit de behuizing weglopen (zie
hoofdstuk onderhoud).
5. Het apparaat opslaan volgens het hoofdstuk Transport en
opslag.
Defecten en storingen
Het apparaat is tijdens de productie meerdere keren op een
goede werking getest. Mochten er desondanks storingen
ontstaan, controleer het apparaat dan op basis van de volgende
lijst.
Opmerking:
Wacht na alle onderhouds- en reparatiewerkzaamheden
minimaal 3 minuten. Schakel het apparaat daarna weer in.
Het apparaat start niet:
• Controleer de netaansluiting (230 V/1~/50 Hz).
• Controleer de netstekker op beschadigingen.
• De gebruikstemperatuur van 16 tot 35 °C aanhouden.
8
• Controleer of de foutcode H8 wordt weergegeven op het
display (13). Leeg evt. het condens (zie hoofdstuk
onderhoud).
• Laat een elektrische controle uitvoeren door Trotec.
Het apparaat werkt zonder of met een gereduceerde
koelcapaciteit:
• Controleer of de bedrijfsmodus KOELEN is ingesteld.
• Controleer of de afvoerluchtslang goed vastzit. Is de
afvoerluchtslang geknikt of verstopt, kan de afvoerlucht niet
worden afgevoerd. Zorg voor een vrije afvoer van de
afvoerlucht.
• Controleer het luchtfilter op verontreinigingen. Reinig evt. het
luchtfilter (zie hoofdstuk onderhoud).
• Controleer de minimale afstanden t.o.v. wanden en objecten.
Zet het apparaat evt. verder in de ruimte.
• Controleer of de ruimte geopende ramen of deuren heeft.
Sluit deze eventueel. Zorg hierbij dat het raam nog wel open
blijft voor de afvoerluchtslang.
• Controleer de temperatuurinstelling op het apparaat.
Reduceer de ingestelde temperatuur, als deze boven de
ruimtetemperatuur ligt.
• Is uw apparaat aangesloten op een wandaansluiting, kan een
geringe onderdruk ontstaan in de ruimte, open kort een deur
of een raam om te zorgen voor drukvereffening.
Het apparaat maakt herrie, resp. trilt, condenslekkage:
• Controleer of het apparaat rechtop en op een vlakke
ondergrond staat.
• Controleer of de stop van de condensafvoer correct zit of
beschadigd is. Plaats de plug op de juiste wijze of vervang de
plug, indien nodig.
Het apparaat wordt zeer heet, maakt herrie, resp. capaciteit
daalt:
• Controleer de luchtinlaten en het luchtfilter op vervuilingen.
Verwijder uitwendige vervuilingen.
• Laat een inwendig vervuild apparaat reinigen door een
gespecialiseerd bedrijf op het gebied van koel- en
koudetechniek of door Trotec.
Het apparaat reageert niet op de afstandsbediening:
• Controleer of de afstand van de afstandsbediening t.o.v. het
apparaat te groot is en verminder de afstand, indien nodig.
• Zorg dat er geen hindernissen zijn tussen apparaat en
afstandsbediening, bijv. meubels of muren. Zorg voor
zichtcontact tussen apparaat en afstandsbediening.
• Controleer de laadtoestand van de batterijen en vervang ze,
indien nodig.
• Controleer of de polen van de batterijen in de juiste richting
liggen als de batterijen net zijn vervangen.
Bedieningshandleiding – mobiele airconditioner TAC 2600 E
NL