Inhoudsopgave
Advertenties
Pixel Bubble 75 Set
5.5.
Verbinding maken met een netwerk
5.5.1. KlingNet-instellingen
01) Installeer KlingNet-software op uw Windows- of Mac-computer, bijvoorbeeld
02) Sluit de ledstrings aan op de Pixel Bubble.
03) Sluit de voeding aan op de Pixel Bubble.
04) Zet de Pixel Bubble aan en selecteer de gewenste lengte.
05) Stel het DMX-startadres in op 001.
06) Zorg ervoor dat uw computer een vast IP-adres heeft (IP: 10.x.x.x en subnet: 255.0.0.0.). U hoeft
verder geen netwerkinstellingen aan te passen voor de Pixel Bubble.
07) Sluit de Pixel Bubble aan op uw computer met een Cat-5-/Cat-6-kabel (zie 5.4.6. Nummering van
universes op pagina 25).
Zodra u de apparaten hebt aangesloten, worden ze automatisch door de software gevonden.
08) Deel de apparaten in door de apparaten op het scherm naar de juiste positie in de interface te
slepen. Dit kost slechts een paar minuten, waarna de installatie compleet is.
09) Bij het maken van grote installaties raden wij u aan om een 16-bits ethernetswitch met hoge
snelheid te gebruiken om het KlingNet-datasignaal te verdelen.
5.5.2. Art-Net-instellingen
01) Installeer Art-Net-software op uw Windows- of Mac-computer of gebruik een lichtcontroller die Art-
Net ondersteunt.
02) Sluit de voeding aan op de Pixel Bubble 75.
03) Verbind de ethernetconnector van het apparaat (06) met de ethernetconnector van uw
software/lichtcontroller, met gebruik van een Cat-5/Cat-6-kabel.
04) Stel het IP-adres in van uw software/lichtcontroller in op 2.x.x.x of 10.x.x.x, afhankelijk van de ArtNet-
instellingen.
05) Stel het subnetmasker in op 255.0.0.0 op zowel de Pixel Bubble als uw software/lichtcontroller. Zorg
ervoor dat alle apparaten in het netwerk een uniek IP-adres hebben.
06) Als u meer dan één apparaat wilt aansluiten en 450 kanalen wilt gebruiken, volgt u het voorbeeld
hieronder.
Voorbeeld: De Pixel Bubble 75, 450-kanaalsstand
01) Zorg ervoor dat elke aangesloten Pixel Bubble een uniek IP-adres heeft.
02) Zorg ervoor dat het subnetmasker van elk apparaat is ingesteld op 255.0.0.0.
03) Stel de universe van de eerste Pixel Bubble in op 1.
04) Stel het DMX-adres van de eerste Pixel Bubble in op 001.
05) Aangezien de Pixel Bubble beschikt over 450 DMX-kanalen, kan de tweede Pixel Bubble niet in
dezelfde DMX-universe/DMX-lijn worden aangesloten. De oorzaak hiervan is het maximumaantal
DMX-kanalen van 512.
06) Om dit probleem op te lossen stelt u de universe van de tweede Pixel Bubble in op 2 en het DMX-
adres op 001.
07) Voor de derde Pixel Panel stelt u de universe in op 3 en het DMX-adres op 001.
08) Als u meerdere Pixel Bubbles aansluit, kunt u stappen 6 en 7 maximaal 15 keer herhalen, waarbij u
telkens een oplopend universe-getal gebruikt (er zijn er 15 beschikbaar).
09) Als u zelfs nog meer apparaten wilt aansluiten, stelt u de netwaarde van de volgende Pixel Bubble in
op 2.
10) Nu kunt u nogmaals 15 Pixel Bubbles aansluiten, omdat elk net 15 universes kan bevatten. Er zijn in
totaal 15 netten (het aantal netten is afhankelijk van de software die u gebruikt).
11) Deel met de software (zoals
met de bovenstaande instellingen.
12) De Pixel Bubbles zijn nu klaar voor gebruik.
13) Bij het maken van grote installaties raden wij u aan om een 16-bits ethernetswitch met hoge snelheid
te gebruiken om het Art-Net-datasignaal te verdelen.
Productcode: 44570
102111
- Arkaos Media Master Express 6) alle aangesloten apparaten in
26
50180
– Arkaos LED.
Advertenties
Inhoudsopgave
