Bedieningshandleiding
4.8 De doseersystemen aansluiten
Indien de meet- en regelinstallatie niet door Dinotec als complete installatie af fabriek
voorgemonteerd is, moet u de doseersystemen zelf aansluiten.
De Poolcontrol avant heeft relaiscontacten met en schakelvermogen van max. 550
VA, die de doseersystemen voorzien van een werkspanning van 230 V/50 Hz.
Via het relaiscontact 1 (7, 8, 9) AAN/UIT – impulslengteregelaar proportioneel -
worden de doseerpompen of magneetventielen aangestuurd met de
bedrijfsspanning 230 V.
Desinfectie/redox:
pH-Omlaag:
pH-Omhoog:
WEES VOORZICHTIG:
WEES VOORZICHTIG:
LET OP:
Bij de af fabriek op een wandmontageplaat voorgemonteerde complete
installatie zijn de contactdozen voor de doseersystemen reeds
bekabeld. Instelling als impulslengteregelaar proportioneel.
4.9 Doseerpompen
U monteert de doseerpompen met behulp van de console (0284-105-00) aan de
muur in de techniekruimte. Dit komt te vervallen als de installatie af fabriek op een
montageplaat is voorgemonteerd.
LET OP:
De doseerpompen mogen niet hoger aangebracht worden dan 100 cm
van het laagste peil van de doseertanks.
OPMERKING:
0504
PE
4
PE
5
PE
6
Voordat u het apparaat openmaakt, moet u eerst de
voedingsspaning uitschakelen.
Voordat u de voedingsspanning aansluit, moet u de
spanning uitzetten.
Lees ook de aparte handleiding van dinodos-doseerpompen.
N 13
L 1
7
N 14
L 1
8
N 15
L 1
9
Poolcontrol avant visual
17