4. Sluit op de afschermkap van de frees een afzuiginstallatie aan, met
voldoende capaciteit om het eventueel vrijkomende stof af te
zuigen.
5. Schakel de motor in door achtereenvolgens de groene knop op de
thermische beveiliging in te drukken, hierna de de groene knop
van de nulspannings-beveiliging even tippen. Deze bevinden zich
op de stuurarm.
6. Controleer de draairichting van de motor. Deze is aangegeven
middels een pijl op de waaierkap van de motor. Ingeval de motor
tegen de pijlrichting draait, de draairichting aanpassen door de 2
omkeerbare contacten in de meegeleverde stekker om te wisselen.
Juiste draairichting is tevens aangegeven op de kap van de frees.
7. Breng nu de frees op de gewenste diepte, d.m.v. de diepte-
instelling(zie 2).