Inhoudsopgave
Advertenties
Apparaat inschakelen
Nadat het apparaat, zoals in het hoofdstuk montage en in
gebruik nemen is beschreven, klaar voor gebruik is opgesteld
kan het worden ingeschakeld.
1. Zorg dat de condensafvoerslang goed is aangesloten en
verlegd. Voorkom struikelgevaar.
2. Zorg dat de condensafvoerslang niet wordt geknikt of
ingeklemd en dat geen voorwerpen op de
condensafvoerslang staan.
3. Zorg dat de condens goed kan wegstromen.
4. De aan- / uit-schakelaar (4) naar de positie ON (19)
draaien.
ð Het apparaat is ingeschakeld.
ð De compressor start altijd met vertraging van ca. 7 s.
ð De ventilator start ca. 10 s hierna.
Bedrijfsmodus continubedrijf
Bij continubedrijf ontvochtigt het apparaat de lucht continu en
onafhankelijk van het vochtgehalte.
VarioDry
In de bedrijfsmodus VarioDry kan het apparaat worden ingesteld
voor de gewenste gebruiksomgeving:
• Waterschade: laag luchtdebiet bij hogere temperatuur en
lage relatieve luchtvochtigheid (< 30 % r.v.)
• Bouwdroging: hoog luchtdebiet bij lagere temperatuur en
hoge relatieve luchtvochtigheid (> 30% r.v.)
Ga als volgt te werk voor het selecteren van de VarioDry
bedrijfsmodus:
1. Voor gebruik bij waterschade de VarioDry-
functieschakelaar (3) naar het symbool
2. Voor gebruik bij bouwdroging de varioDry-
functieschakelaar (3) naar het symbool
Bedrijfsmodus hygrostaatbedrijf (optioneel)
Let op
Vóór het aansluiten van de hygrostaat, het apparaat
uitschakelen en de netstekker van het netsnoer uit het
stopcontact verwijderen.
Het apparaat kan optioneel ook worden gebruikt met een
hygrostaat. De hygrostaat schakelt het apparaat afhankelijk van
de luchtvochtigheidswaarde in of uit.
Gebruikt u het apparaat met een optionele hygrostaat, moet u
de gewenste luchtvochtigheid instellen op de hygrostaat (zie
gebruiksaanwijzing van de optionele hygrostaat).
Let hierbij op het schakelpunt. Schakelt de externe hygrostaat
via de ingestelde vochtigheidswaarde de compressor van het
apparaat in, werken de hygrostaat en droger correct.
De externe hygrostaat werkt niet goed als de compressor van
het apparaat onder de ingestelde waarde werkt en boven de
ingestelde waarde uitschakelt. In dat geval, moet u de
hygrostaat (HG 110) openen en de aansluitingen op andere
klemmen aansluiten (uitleg in deksel van de HG 110).
NL
Automatisch ontdooien
Bij lage omgevingstemperaturen, kan de verdamper tijdens het
ontvochtigen bevriezen. Het apparaat voert dan een
automatische ontdooiing uit. Tijdens de ontdooifase wordt de
ontvochtiging kort onderbroken. De ventilator blijft draaien.
De duur van het ontdooien kan variëren. Het apparaat tijdens
het automatisch ontdooien niet uitschakelen. De netstekker niet
uit het stopcontact trekken.
Buiten gebruik stellen
• Schakel het apparaat uit.
• De netstekker van het netsnoer uit het stopcontact trekken
door de stekker vast te pakken.
• Verwijder indien nodig de condensafvoerslang en de hierin
aanwezige restvloeistof.
• Reinig het apparaat volgens het hoofdstuk onderhoud.
• Het apparaat opslaan volgens het hoofdstuk transport en
opslag.
Nabestelbare accessoires
(16) draaien.
(17) draaien.
Aanduiding
Ruimtehygrostaat HG 110
Condenspomp TTK 900 MP, incl. inbouwset 6.100.003.030
Luchtfilter TTK 900 MP
luchtontvochtiger TTK 900 MP
Waarschuwing voor elektrische spanning
Raak de netstekker niet aan met vochtige of natte
handen.
Waarschuwing
Gebruik alleen accessoires en hulpapparaten die in de
gebruiksaanwijzing zijn opgegeven.
Het gebruik van andere dan in de gebruiksaanwijzing
aanbevolen werkgereedschappen of andere
accessoires kan letselgevaar opleveren.
Artikelnummer
6.100.002.044
7.160.000.013
11
Advertenties
Inhoudsopgave
