6.10.3.12
Rijverlichting gebruiken
Om de rijverlichting in te kunnen schakelen,
moet het aandrijfsysteem zijn ingeschakeld.
Druk lang op de plus-toets.
De rijverlichting is ingeschakeld. De helderheid
van de displayverlichting wordt verminderd.
Het display toont het pictogram rijverlichting.
Afbeelding 71: Weergegeven pictogram rijverlichting op het
display
Druk lang op de plus-toets.
De rijverlichting is uitgeschakeld. De
helderheid van de displayverlichting wordt
verhoogd. Het pictogram rijverlichting op het
display gaat uit.
Afbeelding 72: Display zonder pictogram rijverlichting
MY20P06-6_1.0_26.08.2019
6.10.3.13
Letsel door pedalen en wielen
De pedalen en het aandrijfwiel draaien bij gebruik
van de duwondersteuning. Wanneer de wielen
van de pedelec bij gebruik van de
1
duwondersteuning geen contact maken met de
ondergrond (bv. tijdens het tillen op een trap of
het beladen van een fietsdrager) bestaat gevaar
voor letsel.
Gebruik de duwondersteuningsfunctie
uitsluitend tijdens het duwen van de pedelec.
Tijdens gebruik van de duwondersteuning
moet de pedelec met beide handen veilig
worden geleid.
Zorg voor voldoende bewegingsruimte voor de
pedalen.
De duwondersteuning ondersteunt de berijder bij
het duwen van de pedelec. De snelheid kan
daarbij maximaal 6 km/h bedragen.
Druk lang op de min-toets.
De duwondersteuning is geactiveerd. Het
display toont het pictogram duwondersteuning.
1
Afbeelding 73: Display met pictogram duwondersteuning
Laat de min-toets los.
Duwondersteuning gebruiken
VOORZICHTIG
!
1
Gebruik
68